116
DE MEIKOOPDAGEN.
de vervolging vooraf ging. Zij bragten naar dit oord
iiun geld en vooral hunne nijverheid over, waar zij met
vlijt de nieuw herdijkte polders bebouwden. Zij hielden
zich staande gedurende de verledene eeuw, die door de
lage prijzen der voortbrengselen van den landbouw en
de rampen en lasten des oorlogs, zulk een bange eeuw
voor hen was; zij doorworstelden de twintigjarige over-
heersching der Fransehen, waarvan het begin vooral,
hun zoo verderfelijk was door de menigvuldige en zware
requisities van granen en vee. Waarlijk, velen onzer
landlieden dragen een naam, waarop zij trotsch mogen zijn:
zij kunnen wijzen op eene reeks van voorvaderen, die
hunnen stand altijd tot eer hebben verstrekt. Voor hen
geldt daarom ook het noblesse o b 1 i g e, en nu vooral,
nu betere tijden voor hen zijn aangebroken, is hun
eerste pligt het erfdeel hunner vaderen te bewaren.
Sapienti sat.
Dan, het gewoel dat ons omringt is weinig geschikt
voor ernstige beschouwingen. Wij wandelen rond en
verlustigen ons in het gezigt dier bewogene menigte.
Nu eens ontmoeten wij en drukken wij de hand van
een oud vriend; dan worden wij staande gehouden door
bekenden, die wij sedert jaren niet zagen.
Onze weg voert ons voor de schilderij van liedjes
zangers. Deze brengen ons de nieuwste straatdeunen
aan, voor zoo ver dit te paschen, op de kermis van
Groede, nog niet is geschied. Mogten zij ons iets beters
geven ter vervanging van hetgeen wij sedert jaar en dag
langs de straten moeten hooren! Doch eene treurige
ondervinding leert ons, dat wij daarop vooreerst niet