DE DOOPSGEZINDE GEMEENTE TE GOES. 131
achtbaren binnen korte dagen, door vertooning van het
voorzeide boek, daarvan berigt gedaan, om te zien of de
voorzeide registratie behoorlijk en naar waarheid is geschied."
Zóó bond men dan met harden band aan eene be
lijdenis eene gemeente dergenen, die immer toonden
van alle wetten en reglementen in zake der leer een'
afkeer te hebben; wier groote zinspreuk het was„nie
mand kan een ander fondament leggen, dan 't geen
gelegd is, 't welk is jezus Christus." Vrijheid en on
afhankelijkheid waren de grondslagen, waarop de doops
gezinde gemeenten rustten; geen wonder dan, dat de
onderteekening der artikelen tegenstand bij haar vond,
als strijdende tegen haar hoofdbeginsel. Zoo het strenge
dat er doorstraalt in de de handelingen van den goeschen
magistraat tegenover de geconniveerde kerkeons
leed doet, dat wij ons dan verblijden, dat die tijd tot
het verleden behoort; een verleden, toen niet zoo zeer
'de godsdienst als wel de godsdienstleer deverbeelding
ontvonkte en den ijver ontbrandde.
AANTEEKENINGEN.
(1) Geschiedenis de? Doopsgezinden in Holland, ZeelandUtrecht
en Gelderland, enz. door s. blaupot ten caïe, I, bl. 223—227.
(2) Het afschrift van dit stuk, dat onder de archiven van Sluis
berustte, draagt op den rug het opschrift: Resolutie des A. Ma-
gistraets tot Goes Raeekende de Sociniaensehe Doopsgezinden.
Den 7en Octb. 1665.
Dit opschrift is door de zelfde hand geschreven als het stuk
zelf, dat aldus eindigt.„Actum endè gearresteert ter vergaderinge
van burgemeesters en schepenen der stadt Goes op den7 7ber. 1665."
Dit wijst ons dan als dagteekening der resolutie den 7 September
aan, in strijd met het opschrift, dat 7 October vermeldt.