138 DE ZEEUWSCHE SCHRIJFKUNSTENAAR ring der districts-vereeniging, den 11 Julij 1857 te Mid delburg gehouden, de eereprijs is toegekend (6). Trouwens, in welk gewest onzes vaderlands zal men bij de thans fungerende onderwijzers een betrekkelijk grooter getal vinden dan in Zeeland, die wegens hun keurig schrift of uitmuntend pennewerk allergunstigst bekend staan! En is het bij de bekrooningen, door de ge westelijke afdeeling Zeeland van het nederlandsch onderwijzers-genootschap, van schoonschriften, door hulp onderwijzers ingezonden, gelijk ook bij de eervolle ver melding van fraaije schriften aan de redactie van het tijdschrift de Mentor, ingeleverd, bereids gebleken, hoe de zeeuwsche aankomende onderwijzers in deze kunst trachten voorwaarts te streven (7), dan mag men met regt verwachten, dat der Zeeuwen roem daarin gehand haafd zal blijven. Maar niet slechts heden ten dage, ook in vroegere tijden had Zeeland ruimschoots zijn aandeel in de kunst schrijvers, wier namen nog met roem bekend staan. Tegen over eenen jan pas, die in 1773 eenen meet- kundigen maatstaf voor het schrijven daarstelde (8), en de schrijfkunstenaars van zijnen en vroegeren tijd, wier sierlijke pennevruchten, deels in plaatdruk overgebragt, nog bij vele liefhebbers of wel bij geleerde maatschap pijen, als merkwaardige proeven van bekwaamheid in de schoone schrijfkunst zorgvuldig bewaard worden, als van coppenol, lely, gadelle (9), van baars, perling, DE BRUIJNNE, ROELFZEMA (10), van ADAM VAN LINTZ (11) en JAN VAN DEN VELDE (12), Van FELIX VAN SAMBIX (13), anthony smyters (14) en eenen retudus (15), van

Tijdschriftenbank Zeeland

Cadsandria | 1858 | | pagina 184