SCHOUWENSCHE LEGENDE.
DOOS
H. M. C. VAN OOSTERZEE.
Meermalen heeft het mijne aandacht getrokken en
mijne bevreemding gewekt, dat het eiland Schouwen zoo
buitengewoon arm is aan volksverhalen, overleveringen,
legenden of hoe men zulke in den mond des volks
voortlevende vertellingen noemen moge (1). Die ar
moede durf ik verzekeren. Als kind reeds op dit eiland
opgevoed en er in rijper leeftijd vijftien jaren lang ge
woond hebbende, had ik gelegenheid genoeg om op te
vangen wat daaromtrent mogt bestaan. In aanraking
met menschen van zeer uiteenloopende beschaving, heb
ik er dikwijls opzettelijk mijn werk van gemaakt om te
onderzoeken, of er in Schouwen geene sagen" in om
loop waren, maar elke proeve bevestigde de armoede in
dezen. En toch moest Schouwen, zou men zeggen, er
althans even rijk in zijn als vele andere oorden. Ik
zal nu niet spreken van de geheimzinnige bouwvallen
langs den Rijn, onuitputtelijke schouwtooneelen van aller
lei volksoverleveringenmaar toch zou men meenen
dat zóó arm aan legenden een eiland niet kon zijn,
dat in den loop der eeuwen zooveel veranderingen van
bodem heeft ondergaan en waarvan verscheidene dor-