188 IETS OMTREKT KOLONEL JOSEPH LEDEL. Zooals blijkt uit het hierboven medegedeelde rapport van den 29 October, was ledel niet vreemd van het denkbeeld om de stad Sluis te bezetten, en hij hield zich juist bezig met op de kaart na te zien, in hoeverre hij uit die stad zou kunnen opereren, en hoe hij zijne troepen daartoe zoude moeten verdeelen, toen het fatale misverstand omtrent het bezetten van het punt bij de Draaibrug te zijner kennis kwam. Nu meende hij al het gevaar in te zien, om zijne ge ringe magt op de uiterste punten te verdeelen; immers zoolang zijne officieren niet nader met het terrein zou den zijn bekend gesteld. Hij bragt den nacht wakende door, en schreef des morgens om 6 uren aan den opper bevelhebber den volgenden brief: Sluis, den 30 October 1830, 6 ure des morgens. Ampliërende het voorloopig rapport van gisteren om trent mijne expeditie op deze stad en environs, heb ik de eer uwe excellentie al verder ter kennis te brengen dat, met behulp der autoriteiten, berigten ingewonnen hebbende, alle hierop neder komen: dat de oproerlingen digt bij St. Anna zich bevinden en eenige renforts uit Brugge hebben bekomen; deze omstandigheid, gevoegd bij de onuitsprekelijk dringende beden der burgers dezer stad, welke zich in groote angsten bevinden, heeft mij doen besluiten een detachement van 50 man alhier te laten, ten einde met zekerheid de disposition des vijands te kennen, en dc door mij beraamde maatregelen te effectueren.

Tijdschriftenbank Zeeland

Cadsandria | 1858 | | pagina 234