198 IETS OMTRENT KOLONEL JOSEPH LEDEL. baar gemaakt, of ledel riep met eene vervaarlijke stem. Nu voorwaarts! mijn ander stuk terug, of de kop er af!" Het stuk was bespannen met boeren paarden. Geen wonder dus dat, toen deze op den straatweg in het vuur kwamen, zij op den loop gingen, en in vliegenden galop vooruit en dus den vijand te gemoet renden. Ledel zag met een' oogopslag welke schrikbarende gevolgen dit doorgaan der paarden moest hebben, en toen was het dat hij aan dengene, die hem vergezelde, met de uiterste bedaardheid zeide, dat nu alles verloren was en order gegeven moest worden om de deta chementen van Schoondijke en TJzendijke te laten op rukken tot dekking eener vermoedelijke retraite. De welberadenheid van den toenmaligen luitenant, thans luitenant-kolonel, verburg weerde het dringende gevaar door een der hollende paarden van het voorspan ter neder te schieten. Het stuk werd in batterij gebragt; de verstoorde orde werd hersteld, en het gevecht had den uitslag, die ten eeuwigen dage roemrijk zijn zal voor allen, die er deel aan hebben genomen. De onderstaande stukken zijn ter zake niet onbe langrijk. Oostburg, 31 October 1830. Ik heb de eer uwe excellentie bij deze kennis te geven, dat ik heden alhier door verscheidene honderden der vijanden ben aangevallen geworden, ondersteund door een twaalfponder; het resultaat is, dat de vijanden zijn teruggedreven, nalatende verscheidene dooden, een'

Tijdschriftenbank Zeeland

Cadsandria | 1858 | | pagina 244