JETS OMTRENT KOLONEL JOSEPH LEDEL. 201 diening; na de aankomst aldaar des nachts bij het ge schut gebivouacceerd. Den 29 dito is de ondergeteekende gedetacheerd ge worden met een kanon en de benoodigde manschappen, onder bedekking der infanterie, naar Sluis in Vlaande ren, en tenzelven dage verder voortgerukt tot het dorp St. Anna, alwaar het korps infanterie, zonder op dat oogenblik den bijstand van mijn onderhebbend stuk be- noodigd te hebben, den vijand heeft teruggeslagen, waarna wij weder zijn teruggetrokken tot Sluis, waar ik mijn geschut voor de hoofdwacht heb geparkeerd; na een' schildwacht bij hetzelve geplaatst hebbende en de manschappen gehuisvest zijnde, heb ik mij in de hoofd wacht begeven en aldaar gedurende den nacht verble ven, om in geval van alarm dadelijk tegenwoordig te zijn. Op den 30 dito, des morgens weder mijn stuk en bovengemelde infanterie teruggetrokken tot Oostburg; doch des namiddags weder opgerukt tot aan de Draai brug, uit hoofde er zich aldaar een troep muitelingen had vertoond; na gemelde brug in den brand te hebben gestoken weder geretireerd tot Oostburg en aldaar des nachts ten een uur aangekomen. Zondag morgen den 31 October, nadat het appel van 10 Va uur was afgeloopen, en de troepen zich weder in hunne kwartieren begeven hadden, werden wij als het ware overvallen; er werd dadelijk alarm geslagen, en aangekondigd, dat de opstandelingen reeds tot aan het' dorp genaderd waren, hebbende ik ondergeteekende toen met den meesten spoed mijn stuk tegen den vijand

Tijdschriftenbank Zeeland

Cadsandria | 1858 | | pagina 247