6
HERINNERINGEN.
chement te Breskens gelegen had, en die alzoo met
deze streek bekend was.
Bovendien waren daar gezonden drie stukken geschut,
bij welken, zoo als bleek, beter geoefende kanonniers
waren, dan zich tot nu toe van de Belgen hier ver
toond hadden. Men had eene batterij opgeworpen, om
het Zwin te bestrijken. Het gebeurde van vrijdag
laatstleden had hen genoopt krachtiger maatregelen te
nemen. De belgische batterij vuurde op de voorbij
varende boot, met het gevolg, dat de stuurman en een
der manschappen zwaar gewond werden. De voorposten
boven Sint-Anna geraakten nu ook handgemeen. Te
Sluis lag eene compagnie der 10 de afdeeling, onder
bevel van kapitein hopberge, en eene compagnie lande
lijke schutters, onder kapitein spaan. Kapitein hop
berge had reeds lang in Sluis gelegen en het bevel
gevoerd. Hij was niet zeer gezien, omdat hij wat wild
scheen, en een liefhebber was van luidruchtige nachte
lijke drinkpartijen; sommigen vertrouwden hem niet zeer,
omdat hij meest verkeerde met familiën, die van vlaam-
sche afkomst waren, en nog al oogluiking gebruikte
nopens de communicatie met Vlaanderen, die anders
geheel verboden was. Maar dezen dag kreeg hij als
krijgsman en vaderlander, zijnen goeden naam weder.
Opgewonden door het gebeurde van den vorigen vrijdag
en misschien onkundig van de sterkte des vijands, trok
de bezetting van Sluis uit, om de voorposten, buiten
Sint-Anna, te ondersteunen, en liet men de wachten
door de burgerij betrekken. Er was te Sluis toen geen
ander geschut,dan twee zes en dertig ponders, staande op he t