45
DER SLUIZEN AREN OPSTANÜ.
rekeningen op te nemen, dan goede, suffisante en
notabele personen, geboren Vlamingen, vlaamscb spre
kende en verstaande." Deze afgevaardigden zouden, al
vorens toegelaten te worden tot bet vernieuwen der
Wet en wat dies meer ware, in het openbaar eenen
plegtigen eed moeten afleggen in handen van den bal
juw der stad, dat zij geene giften of gaven gegeven of
doen geven hadden, om de hun opgedragene commissie
te ontvangen. Op de keuze der regeringsleden mogt
bij de commissarissen nóch bede, nóch gifte, nóch cor-
rupcie, nóch de belofte van eenige bediening te hunner
beschikking te hebben, den minsten invloed uitoefenen.
Zoo zouden ook de wethouders, d. i. de regeringsleden
eenen gelijken zuiveringseed afleggen, dat zij, nóch door
het beloven van der stede of van hun eigen goed tot
dien post verkozen waren; ook zouden zij regtvaardelijk
regt en wet doen allen, die daartoe vóór hen kwamen,
zonder zich door giften of anderzins te laten omkoopen;
terwijl zij van hunne pensionarissen en klerken eenen
eed zouden eischen, dat ze geene giften, corrupCiën,
profijt of emolumenten" nemen zouden, om daarvoor het
regt te verkorten of hunne bedieningen te onteeren.
Eindelijk zouden alle wethouders, dekens en allen die
magt hadden eenige bedieningen te begeven, zich door
eenen eed moeten verbinden om daartoe alleen goeds
wijze, notabele en discrete mannen" te kiezen. Al wie
derhalve eenig besef had van de heiligheid van den eed,
door welken hij gebonden was, moest met eerlijkheid
en naauwgezetheid den hem opgedragen last behartigen.
Overigens verdienen de volgende artikelen, als meer