EEN BLAB BES TUBS. U, grijze, voegt geen strijdgenet, Geen schaterende krijgstrompet, U voegt een vredetoon, Een bede tot den grooten God, Die met den trots der volken spot, En neêrblikt van Zijn troon; Een bede om vrede, een bede om rust, Dat de oorlogsfakkel blijv' gebluscht, De teelt des vredes bloeij', En zoo des voorspoeds milde schat Worde uitgestort op vlek en stad, En deugd en kunstmin groeij'. O Belgenland! o Nederland! Gelukkig in uw kleinen stand, Wees stil in uwen kring. Laat staatsgeweld en staatsorkaan Als buijen op- en ondergaan, Blijf nedrig en gering. Brittanje kluister' de oceaan, Hoog wappre Gallies krijgsmansvaan, Germanjes wijsheid wass', Het zinkt in 't niet, als eb na vloed, De wijsheid, die de wereld voedt, Verdwijnt als stof en asch. O Nederland! o Belgenland! O lieflijk neêrduitsch vaderland! Uw leus zijvrij en blij De ware wijsheid vest' haar troon; Zij sehenke vlijt en kunst haar kroon: Ook dat is groot en vrij.

Tijdschriftenbank Zeeland

Cadsandria | 1859 | | pagina 111