DEE XV EEUW.
151
oostersten pale, alom de stad ommegaande, palen steken
zoude drie voeten naar den uitkanten van de uiterste
vesten, en dat die van der stede behouden zullen de
kennisse van die palen inwaarts, en die van den Vrije
hebben en behouden de kennisse tot den voorz. palen
en van daar uitwaarts." 't Is bekend, dat Mudes stede
verheffing ruim veertig jaar ouder is dan die van Sluis.
Mude bezat dus vroeger dan Sluis een eigen regtsgebied,
en ziedaar waarom haai' het waterregt toekwam, zoo dat
er in de overdragt van 1390 van geene palen naar het
water wordt melding gemaakt. Nu willen wij onze wan
deling voortzetten, hopende dat de lezer ons dezen ge
schiedkundigen uitstap niet zal ten kwade duiden. Wij
zijn intusschen tot op den hoek der Kapellestraat voort
geschreden, nabij het stad- of schepenhuis. Aan onze
regter- en linkerzijde loopt de Zuiddijk; voor ons zien
wij op de Melkmarkt. De M e e r m i n n e s t r a a t,
een deel van den Zuiddijk, droeg dan ook eerst dien
naam. Haar tegenwoordigen naam ontleent zij aan een
huis, dat alzoo heette trouwens elk huis had toen
zijn' naam en in deze straat stond. Wij gaan ter opzet
telijke beschouwing der waterpoorten de Meerminnestraat
door tot op de Vischmarkt. Wanneer wij nu aan deze
zijde van de kaai den blik naar het water wenden, dan
ligt de eerste der acht waterpoorten voor ons, welke
aan dezezijde van de stad in den wal of in den steenen
muur gelegen zijn. Zij heet de SintLievenspoort
en werd later vervangen door een bolwerk. Van het
Pasteistraatjetot aan den Sin t Lievenssteeger,