158
EEN BLIK OP HET SLUIS
niet zeldzaam, daar vele huizen nog van hout en niet
weinige met stroo en riet gedekt waren. Yan daar dan
ook dat men in de Dingsdagstraat en op andere plaatsen
aan de gevels der huizen brandhaken ziet hangen, van
stadswege aldaar bezorgd, en het geheele jaar door de
„vierwachters" 's nachts de stad doorkruisen. We mogen
echter deze kerk niet verlaten, zonder verlof te vragen om
het eerwaardig hoofd van johannes den Dooper
te bezigtigen, dat als eene kostbare reliquie in dezen
tempel bewaard, en alleen bij plegtige processiën omge
dragen wordt. En zoo 't ons vergund wordt, bezien we
ook de reliquie van Sint Joris, een schoon zilveren
verguld relieke met een castalin, daar Sint jokis' gebeente
in staat; 'tis de middelpijp van 't voorste lid
van z ij n g e b e n e d ij d e n arm, die de oude Heer
van Sint Joris bragt van Jeruzalem; dewelke pijpe hij gaf
aan het Sint-Jorisgilde;" daarna beschouwen wij nog „een
zilveren reliekske, daar men 't water mede zegent, met
een' zilveren keten en een' zilveren ring aan 't einde
van den keten." We laten de andere juweelen onbe-
zigtigd tot een ander maal, en verlaten onder statig
orgelspel den tempel, om onze wandeling voort te zetten.
Wij zijn nu weder de Dingsdagstraat genaderd. Wij
vervolgen deze langs de stille rustplaats van Gods dooden,
en bereiken zoo de S i n t - P i e t e r s t r a a t. Eegt voor ons
loopt de K o 11 e w e gwaar de poorters zich met bollen
vermaken, naar de Sint-Annastraat. De Sint-Pieter
straat zelve loopt regts op den Zuiddijk uit, en links strekt
zij zich naar de Hoogstraat. Eerst wordt zij doorsneden