166 EEN BLIK OP BET SLUIS gebouwen, waaronder ook eene brouwerij. Van het punt waar dit klooster staat, en waar de Eikerstraat regt op aanloopt, schiet weder eene straat westwaarts, die de E i d d e r s t r a a t snijdt, en doorloopende, den naam draagt van het Melkstraatje, en ons weder op de Korenmarkt brengt: van beide hebben wij reeds gesproken. Den Zuiddijk verder westwaarts volgende, bereiken wij de Sint-Jakobsstraat, die voortloopt onder den naam van Sint-Jakobsstraat-over-dijk. Hier, waar de Sint- Jakobsstraat en de Zuiddijk elkander snijden, zijn wij op de VI as mar kt, die zich een eind weegs in de Sint- Jakobsstraat uitstrekt. Voortwandelende komen wij aan de Korte Wolle- of Sint-Nicolaasstraat, die aan onze linkerhand doorloopt onder den naam van Eidderstraat en voorbij het Melkstraatje, regts, en de straat een deel der groote Kloosterstraat „wegende naar het klooster der Graauwbroeders," links, tot aan den Molenweg, loopt, die ons naar de stadswallen voert, en tegenover zich het straatje heeft, dat ons naar de Zuidkeurestraat brengende tevens vergunt een blik te slaan op de Onze Vrouwekerk, die zich van hier aan ons oog vertoont, en welke we reeds bezigtigd hebben. Een eind weegs de Eidderstraat inwandelende, staan wij voor eene groote poort, die ons den toegang ontsluit tot het Hof der schutters van Sint Sebastiaan, waar zij zich oefenen, om met des te meer eere ten edelen schietspele te kunnen trekken. Hun hof grenst achterwaarts aan de Brabanderstrate. Tot den Zuiddijk terugkeerende, zien wij weldra aan onze regterhand eene

Tijdschriftenbank Zeeland

Cadsandria | 1859 | | pagina 216