HET ONDERHOUD VAN DE VLOOT DE THOLEN 51 VAART WEER Relaas van een restauratie 18 De Stichting Behoud Hoogaars heeft zelf een eigen schip, de Andries Jacob/YE 36, en onder houdt dat uiteraard zelf. Met diverse particuliere ^eigena ren van hoogaarzen zijn echter gebruiksovereenkom- sten gesloten: de schepen kunnen op gezette tijden door de stichting ingezet worden bij evenementen. Het onderhoud gebeurt ech ter in principe door de ei genaar zelf. De huidige 'stichtingsvloot' bestaat zo doende behalve uit de YE 36 uit de Gornaet, de Wet, de Triton en de Banjaard. Hieronder somt Gerrit Zo mer op wat er de afgelopen jaren is gebeurd om de schepen in conditie te hou den. De meeste nog varende hoogaarzen zijn tussen de 70 en 115 jaar (ARM 17!) oud. Ooit werden deze schepen gebouwd om 30 tot 40 jaar mee te gaan. Door de omstandigheden ge dwongen werd de levensduur nog wel eens enkele decennia verlengd, maar de 'fut' was er dan toch wel uit: houtrot en paalworm eisten hun tol, Schepen werden 'boutziek': er kwam ruimte in de verschillende verbindin gen welke het schip bij elkaar hou den, de romp verzwakt en het wordt steeds meer 'pompen of verzuipen'. Besluit men om zo'n schip weer aan een nieuw leven te laten beginnen, dan zal, eventueel in fasen, toch gere kend moeten worden op vervanging van alle onderdelen. Zo werd bij De Wet in 1989 het onder waterschip voor een groot deel ver nieuwd en de achtersteven, de gehele stuurkuip, roer en achterkant van de roef geheel vervangen, evenals een groot aantal knieën in het schip. In 1990 kwamen er een nieuwe fok, een nieuwe kluiver en een winterdektent. 1992: een nieuwe giek, nieuwe mari foon en een kostbare reparatie aan de motor. Voorjaar 1993, in samenwer king met de stichting, de volgende grote klus: nieuw zwaard aan stuur boord en een geheel nieuw voorschip: complete constructie van het zeilwerk vervangen: knieën, klossen, zeilbalk, mastkaken en knecht. Nieuwe plecht: klossen, dekbalken, 4 cm dik teak houten dek, schijnlicht, luik en lier, met het nodige beslagwerk. Het vooronder opnieuw ingetimmerd! Wat nu voor een volgende fase nog rest is vervanging van een groot deel van de den. Voor het eind van deze eeuw staan vervanging van een groot aantal knieën en de achtersteven op het pro gramma. De Banjaard in 1992: Complete zeiluitrusting vernieuwd. Flinke repa ratie onder de klapmuts, de specifieke constructie in het uiterste voorschip van een hoogaars. Hierbij zijn een aanzienlijk deel van de binnen— en buitensteven vervangen. Groot onder houd aan de motorinstallatie, waarbij de flexibele koppeling, schroef en as werden vernieuwd. De Triton kreeg in 1992 een nieuw zwaard. Verder is er veel werk aan het lopende onderhoud. December was voor dit schip een rampmaand. Tijdens een zware regenbui bleek de automatische lenspomp niet meer zo automatisch bij te springen. Als ge volg hiervan verdween het schip voor een groot deel onder water. Dit had de nodige gevolgen voor de elektri- roef, gangboorden en enkele inhou- ten. Hierna is de Wet weer een nieuwe hoogaars! De YE 36 werd van 1975 tot 1985 voor een groot deel gerestaureerd en in min of meer oorspronkelijke staat te ruggebracht. Daarna zijn er geen gro te klussen meer uitgevoerd. Wel jaar lijks ca. 800 uur aan (preventief) on derhoud, kleine reparaties, helling beurt, etc. Na een vergeefse reis naar de werf van Duijvendijk op Tholen onderging de YE 36 voorjaar 1993 een dokbeurt bij De Klerk op Walsoor- De YE 36 in mei 1992 op de Rotterdamse Koningspoortwerf. sche— en de motorinstallatie. Mo menteel ligt het schip nog aan de werf in Tholen, waar bij een kostbare re paratie een deel van de kont werd in geblikt. Het is te hopen dat dit jacht, dat in 1984 voor Zeeland—promotie op de Hiswa lag, door de restauratie een nieuwe impuls mag ontvangen. Zeker zal de Triton ook dit seizoen bij verschillende evenementen van de partij zijn. Gerrit Zomer 19 Welke gek begint nu aan een restauratie Nie mand, die bij zijn gezonde verstand is. Wij dus ook niet... Verkopen had ook al geen zin. Iedere potentiële kandidaat, die een mes tussen de ribben van De Brave Hendrik stak, be greep direct waarom we het schip wilden verkopen. Nee, hadden we be dacht, we kunnen hem het beste laten zinken mid den op zee en hem een waardig zeemansgraf geven. Toch maar naar de werf en vragen hoe duur het was om in ieder geval zo'n 10 spanten te vervangen. Konden we misschien nog wel een paar jaar doorvaren. Afgesproken wordt dat er alleen ge werkt wordt door de werf als wij aan wezig zijn. Al het afbreekwerk en opruimwerk doen we zelf. Eigenlijk dus al het domme werk, omdat het zonde is om daar het dure werfper- soneel voor te gebruiken. Ziet u het al voor u Er wordt ge roepen om een breekijzer of een zaag en meneer of mevrouw holt de trap af om dat ding te zoeken. Gaat het personeel schaften, dan geen rust voor ons. We moeten alles gauw oprui men en schoonmaken, zodat na de lunch weer vlot doorgewerkt kan worden op een schone werkvloer. Om vier uur met het personeel naar huis Vergeet het maar. Doorwerken tot 7 uur, eten in de kroeg met een dik verdiende pils erbij en gebroken naar bed. Om 7 uur de volgende mor gen is het weer aantreden geblazen Vele vakantiedagen en snipperdagen verdwenen als sneeuw voor de zon. Gelukkig had ik als huisvrouw wat meer vrije tijd dan mijn man en woonden we ongeveer 1 uur rijden van Levensloop Op 14 maart 1902 ingeschreven in de gemeente Tholen onder Nr. 51 Soort schip: Lemmerjacht, ge bouwd van eikenhout. Eigenaren L. en R Ver- couteren Bouwer: Stam uit Lekkerkerk Gewicht16 ton 1902 1939: Gebruikt voor het vervoer van mosselen van de O-schelde naar Antwerpen 1940 1950: Verkocht aan iemand uit Antwerpen, die er in Arnemuiden door de Fa. Meerman een kajuit op liet bouwen. 1950 1970: Eigenaar Overdiep uit Goes 1970 -1979: Eigenaar Balkestein uit Arnhem 1979 - heden: Eigenaar Frese uit Bruinisse Huidige naam van het schip: De Brave Hendrik. spanten en zoals we reeds gevreesd hadden bleek het natuurlijk waanzin om niet direct alle spanten te vervan gen. In de spanten troffen we heel veel spijkers aan, die er al vanaf het begin ingezeten moeten hebben en dus nu 88 jaar oud waren en door hun roest de huid eronder danig aangetast hadden. Nieuwe spanten aanbrengen op een huid die half gerot is U begrijpt het al. Ons financiële plaatje nogmaals bekeken en toch maar besloten dan ook de huid maar te ver vangen. Maar dat hield in dat we het blik eraf moesten Daar gaat je schip voorzichtig de kant op en wordt de loods binnen ge schoven. Wat een prachtige lijn heeft hij toch. Bewondering van het werfpersoneel alom. Een grondige in spectie van binnen en van buiten leert toch al snel dat hij echt in slechte staat is. Het blik, dat al 45 jaar om de huid zit, is op vele plaatsen erg dun of zelfs doorgesleten. De kielbalk is niet meer recht. Het berghout valt er bijna af, enfin, te veel om op te noemen. de werf. Dus hoe vaak ik op en neer gereden ben. We zijn eind augustus 1990 begon nen met het verwijderen van enkele halen. Weet u dat blik om de 2 cm een nageltje heeft en dat om de 10 cm zo'n rij zit en dat zo'n nageltje na 45 jaar heel erg vast zit We hebben het geweten Je kan niet alles in een keer verwijde ren. Een of twee planken verwijderen en dan nieuwe plaatsen. Zo hou je het model in het schip. Ik kan nog uren vertellen over onze kapotte handen, blauwe plekken

Tijdschriftenbank Zeeland

Consent | 1993 | | pagina 10