Onderhoud van de vloot 22 Frans Haverkort De Stichting Behoud Hoogaars (SBH) is veel op het water te vinden met de mosselhoogaars Andries Jacob, YE 36 (bouwjaar 1900) en met de jachthoogaars De Wet (bouwjaar 1909). De YE 36 is eigendom van SBH. De Wet wordt vrijwel het hele seizoen door eigenaar W. van Eeken in bruikleen afgestaan aan de stichting. Belangstellenden kennis laten maken met de hoogaarzen en er mee varen is één ding. Het onderhoud en in goede conditie houden van deze houten schepen is een tweede en vereist veel vakmanschap, geduld en geld. Maatschappij De Schelde had alle medewerking toegezegd voor de komende timmerklus. De hoogaars oogde wel zeer nietig tussen al die grote zeeschepen. Met een van de walkranen werd eerst de mast van het schip genomen. Toen was het de beurt aan 'de 36' die met lange stroppen en 'spreiders' uit het water werd gehezen. Op een keurig voorbereid 'bed' van dokblokken op een schone asfalt- werkvloer was het schip aan alle kanten goed bereikbaar voor de werkzaamheden. Met steigerwerk en dekkleden werd een scherm aangebracht voor enige bescherming tegen kou en droge oostenwind. Het scherm bleek naderhand bij windkracht 9 en een vorst van 10 graden geen overbodige luxe. Het werk aan boord kon doorgaan en het schip werd beschermd tegen uitdrogen. Na afloop van het vaarseizoen 1993 is aan de YE 36 en aan De Wet volop getimmerd. De Wet onderging de vierde fase van de restauratie en werd daarvoor onder handen genomen door Peter Schouten in Kortenhoef. In de eerdere fasen waren onderwater schip, achterschip en voorschip vrijwel volledig vernieuwd. Nu was het zaak het middenschip en boeisels aan te pakken. Een omvangrijke klus waarbij boeisels, berghouten, gangboorden en het merendeel van de knieën en klossen zijn vervangen. De komende winter staat vernieuwing van de roef en de interieur op het programma. Voor het volgend vaarseizoen is de restauratie voltooid en komt Consent met een overzichts- verhaal over het wel en wee van dit schip. Op twee plekken is hard gewerkt aan de mosselhoogaars YE 36. In de timmerwerkplaats van Co Ruissen op Souburg en op de kaai van de werf Scheldepoort in Vlissingen Oost. Bootsman Theo Kloet voerde de klus uit. Op Souburg had Kloet het weliswaar druk maar nog relatief gemakkelijk. Het bakboordszwaard was aan reparatie toe: van de drie houten delen die het zwaard vormen, moest de middelste worden vervangen. In de werkplaats werd het zwaard uit elkaar gehaald. Waar nodig werd tegelijkertijd het ijzerwerk vervangen en opnieuw geconser veerd. Voor het timmerwerk op Schelde poort werd hier ook alle kromhout voorbewerkt: spanten uitzagen en in model brengen. Het vinden van geschikt kromhout was trouwen een tijdvretende speurtocht. Koud De Andries Jacob werd 8 februari naar Scheldepoort gevaren. Dit dochterbedrijf van de Koninklijke 23 Reconstructie In vijf weken tijds hebben Kloet en Ruissen de vier knieën en klossen in het ruim aan bakboord vervangen. Ook de eerste gang onder waterlijn is vernieuwd. Het bovenwaterschip is volledig kaal geschraapt en opnieuw in de harpuis gezet. Tussen de bedrijven door is de brandstoftank geconserveerd. Bij de bouw van het schip, en dan praten we over het jaar 1900, zijn alle gangen op de spanten vastgezet met zogeheten Deense nagels: een zachte ijzersoort, zwaar verzinkt. De delen van het vlak, de onderkant van het schip, zijn op knieën en leggers bevestigd met houten pennen die werden opgesloten met eiken deutels. De degelijkheid van deze constructie had zich de afgelopen 94 jaar bewezen. Vandaar dat was besloten dezelfde constructie opnieuw toe te passen. Van de houten pennen in het midden- en achterschip zijn er 80 vervangen. Er zijn iets ruimere exemplaren gebruikt. De oude pennen konden simpelweg met de nieuwe worden weggeslagen: van bovenaf. De klus heeft veel voorbereiding en inspanning gevraagd. Het was een technisch hoogstandje waarvoor de beschermheer van de stichting drs. W.T. van Gelder, commissaris van de koningin in Zeeland, en directieleden van de reparatiewerf Scheldepoort een kijkje kwamen nemen. Dit traditionele timmerwerk aan een stukje Zeeuws cultuurgoed zou eigenlijk moeten plaatsvinden op een plek die toegankelijk is voor alle geïnteresseerden. Maar dit terzijde. Elektriciteit Sponsor Van Rietschoten en Houwens ondertussen zat vol ongeduld het einde van het timmerwerk af te wachten. Dit bedrijf nam vervolgens de vervanging van de elektrische installatie voor haar rekening. Na de nodige voorbereidingen gingen de technici van Van Rietschouten en Houwens aan de slag en werd de bedrading, het instrumentenpaneel en de verlichting vervangen. De wal aansluiting en een accu-lader werden nieuw aangebracht. Met de ver nieuwing van de elektriciteit is de bedrijfszekerheid van de Andries Jacob sterk toegenomen. Na afloop van deze winterklus is het schip te water gelaten. Voor de afwerking en het optuigen is de YE 36 naar Middelburg gevaren. Hier stond havenmeester Boone klaar voor de medewerkers van de Stichting Behoud Hoogaars. De Wet en YE 36 in de vissershaven in Vlissingen. Foto boven: Een deel van de sponten is vervangen. Foto onder: De YE 36 hangt boven de kaai op Schelde poort (foto Jaap Wolterbeek)

Tijdschriftenbank Zeeland

Consent | 1994 | | pagina 13