Honderddertig jaar "Moed en Trouw"
in De Paal. Jan Hendriksen
4
VIJF GESLACHTEN VERRAS BOUWEN HENGSTEN EN HOOGAARZEN.
"Die boom is goed voor dat spant en
daar zit ook een mooie krommer in"
zei mijn vader dan. We werkten met
Slavonisch eiken uit Kroatië.
Tekeningen had je niet, alleen vuist
regels. De breedte was eénderde van
de lengte en de holte was eénzesde
tot eénzevende van de iengte. We
hadden mallen van het grootspant,
het beunspant en de steven. Daar
gingen de delen tegenaan, die we
krom brandden met riet en dan ging
de rest van de spanten er pas in."
Aan het woord is Remy Verras. Zijn
broer Julien komt nog even terug op
het eikenhout. "Later gebruikten we
ook Rijnlands eiken, zo eind jaren
dertig, maar dat was veel zuurder, dat
wil zeggen veel warriger en niet zo fijn
van draad. Het hout kwam met een
zelflossend vrachtmotorschip, dus met
een eigen laadgiek naar De Paal. Dat
lossen was altijd een heel gedoe, want
dat moest op één tij, dan kostte het
geen havengeld."
We zitten op een winterse zaterdag
aan de grote, gastvrije keukentafel van
Albertine en Michiel Verras in
Walsoorden.
De familie zit eromheen en vertelt.
Het begin
Jan Francies Verras, geboren in 1798,
verhuist in 1837 van Stoppeldijk naar
Graauw. Zoon Pieter is dan al
geboren.(1823). Deze Pieter Verras, de
over-over-grootvader van Michiel werkt
eerst op de scheepswerf van De Klerk
in Kruispolderhaven, maar begint in
1865 als "volleerd scheepsmaker" een
eigen werf "Moed en Trouw" in De
Paal. Er is een dakpan teruggevonden
met dat jaartal. De officiële notariële
acte is van 1867.
Hij bouwt en repareert hengsten,
hoogaarzen en schouwen, uiteraard
alles in hout. De hengst "Den Bruinen"
van Jos Broeckaert is rond 1880
gebouwd door Pieter Verras.
De zoon van Pieter heet Jan (1860
1934) en is een zeer ondernemend
man. Hij bouwt meer dan 100 schepen,
waaronder ook botters, en heeft zo'n
man of 15 personeel in dienst.
In 1924 staat Jan aan het hoofd van-
zo blijkt uit een inventaris- een
volwaardige werf (drie scheeps
hellingen en een loods), een woonhuis
en een café. Dat café "In't Zicht Der
Schelde" is er nu nog steeds en wordt
in de loop der jaren uitgebaat door de
moeders van het geslacht Verras.
"Erg makkelijk, het was maar een paar
stappen van de werf naar het café en
omgekeerd" zegt Michiel Verras met
een brede grijns.
De Paal
Zo rond 1900 is De Paal een bloeiende
vissershaven, 83 mosselschippers
5
dorp. Jan pacht ook de haven van
De Paal en legt in 1895 een spuikom
of "zeehouwer" aan.
De gemeente -welk een brede visie-
besluit in 1899 de spuikom bij de
haven te trekken, wegens ruimte
gebrek. Prompt begint de haven te
verzanden. De werf is echter al van
scheepsbouwvak te leren, dus
misschien heeft hij toch al met
tekeningen gewerkt. Van mijn vader
(Piet) is bekend dat hij, tegen de tijd
dat een schip klaar was, flink was
afgevallen. Hij stak als het ware iets
van zichzelf in z'n schepen."
hebben er hun thuishaven. In die tijd
wonen er 800 mensen en zijn er liefst
11 cafés.
In 1899 vraagt schipper en
herbergier Stobbelaar vergunning bij
de gemeente tot het houden van
"Eene Kermis." Het mocht niet, want
"Er was al bedrijvigheid genoeg in de
cafés". Een kermis in een dorp
zonder kerk, dat schijnt ook helemaal
niet te kunnen, maar volkfeesten
waren er al vanoudsher in De Paal,
altijd eind augustus. En ook vandaag
de dag zijn eind augustus nog altijd
de Paalse feesten of "dagen").
Bekend is dat Jan Verras alles zelf
maakte, tot zijn eigen bel op zijn fiets
en een viool. Wanneer het weer eens
feest is, maakt hij een zweefmolen,
die aangedreven wordt door de
geweldige benzinemotor van de
werf. Het toerental daarvan is niet
goed te regelen en wanneer Jan zijn
molen test door stenen in de stoeltjes
te leggen, slingeren die door het hele
oudsher bereikbaar door een
getijdegeul, gelegen naast de haven,
en blijft dat dus ook. De huidige,
nieuwe haven ligt op de plaats van die
oude getijdegeul.
Remy: "Jan Verras is in Amsterdam op
school geweest om het
Op de pof
De derde generatie is Petrus (Piet)
Verras, de zoon van Jan. Piet is van
1891 en overlijdt in 1972. Eerst doet hij
de werf samen met zijn broer Josephus
(Sjef) maar die stopt ermee in 1929.
Deze generatie Verras bouwt meer dan
dertig schepen, vooral hengsten en
lemmerhengsten.
Philibert: "In die tijd waren de vissers
Pieter Verras, stichter van de werf "Moed en
Trouw" in de Paal, 1865
Tekening van de werf van Verras rond 1920 van Maurice Seghers (verzameling J. van Beijlen)
Het café van de familie Verras in De Paal bestaat
nog steeds
Onder leiding van Jan Verras worden meer dan
honderd houten schepen gebouwd
De werf in 1921. Links een hengst, rechts een Iemmerhengst. Voor het café rechts een lange giek om
masten te kunnen plaatsen
Petrus Verras (1891-1972) bouwt vooral hengsten en lemmerhengsten