De Thoolse visserstrui Jos Boone 18 Bonnie Joosse Verslag van een zoektocht In 1983 schreef Henriëtte van der Klift-Tellegen haar boek Nederlandse Visserstruien. Ze beschreef daarin de oorsprong en geschiedenis van de visserstrui en haar zoektocht naar nog bekende Neder landse visserstruien. Van 17 vissers plaatsen kon ze het patroon van de trui terugvinden. Er waren twee soorten visserstruien: Engelse en gewone, daagse truien. De Engelse werden kant en klaar gekocht en waren machinaal gebreid. Al vanaf 1650 werd er machinaal gebreid. Het ingebreide motief wordt Godsoog, genoemd, ook wel bloem of snipper. De daagse, de werktrui, werd gebreid van sajet, een zuiver wollen garen. Sajet was populair: kousen, ondergoed en truien werden ervan gebreid. Voor de kleur Nassaus blauw, meestal gebruikt voor de visserstruien, werden door de blauwe draad kleine rode vezeltjes gesponnen, zodat er een rode gloed over het garen lag. Na de tweede wereldoorlog maakte sajet plaats voor luxere garens. In de trui werden motieven gebreid die per haven verschilden. Zo kon de thuishaven van een visser herkend worden in een tijd dat paspoorten nog onbekend waren. Aan z'n trui kon je zodoende zien of een visser uit Arnemuiden of uit Vlaar- dingen kwam en dat was toch wel handig. In 1984 werd de tentoonstelling Neder landse Visserstruien, die mevrouw Van der Klift gemaakt had met het mate riaal dat ze voor haar boek ter beschik king had, in het Streekmuseum voor Tholen en Sint-Philipsland getoond. Mevrouw Van der Klieft vertelde bij die gelegenheid dat ze geen Thoolse trui had kunnen vinden. Ze trok de conclusie dat die er dan wel niet geweest zou zijn. Een vissersplaats, waar rond 1900 zo'n 100 geregistreerde schepen hun thuis haven hadden, waar gewoon geleefd en gewerkt werd, zou die zoveel van andere plaatsen verschillen dat een specifieke visserstrui niet bestaan zou hebben? Nieuwsgierigheid was de aanleiding tot een zoektocht naar de Thoolse trui. In het allereerste begin van mijn zoek tocht droeg iedereen "een trui, geweun, een trui". "Ja, wel een blauwe natuurlijk..." "Nee, iets speciaals niet." Toen ik eigenlijk al aan opgeven toe was, dook ineens de Engelse trui op. De zondagse trui, van wol, machinaal gebreid, kant en klaar gekocht. En wel gewoon bij mijn man in de kast. "Heb ik gekregen toen ik 17 was." En ik had het altijd een geweune blauwe trui gevonden! Maar met die trui in de hand kon ik gericht vragen. Vissers en schippers bleken de Engelse trui te dragen. Je kon ze kopen aan de Paulusplaats in Antwerpen. Ook op andere plaatsen natuurlijk. En ze werden meestal voor net gedragen. Zoals de vrouw van een visser vertelde: "en toen ie de eerste keer bij ons thuis kwam had ie zijn Engelse trui aan. En mooi dat ie zag!" 19 Voor iedereen die de Thoolse visserstrui wil breien: neem voor het patroon contact op met B.M. Joosse, Markt 15, 4691 BX Tholen. En dan ook echt breien! Ik kende iemand die voor haar zoons die voeren, truien breide volgens de patronen uit het boek van mevrouw Van der Klift. Gewoon, de patronen die ze leuk vond, allemaal in een trui. Zij vroeg voor mij op de vrouwen vereniging of iemand iets over een Thools motief wist. En toen was daar ineens de foto van Noom Stoffel in zijn visserstrui, compleet met motief, gaat- jesboord en koordje. Toen ik met die foto bij de mensen langsging, die ik eerder gevraagd had naar een trui, kreeg ik van allemaal te horen, dat dat natuurlijk de Thoolse trui was. Oh, had ik dat bedoeld. En dan zaten er op deze foto kwastjes aan het koordje, maar er waren er ook die er pompoenen aan hadden. Maar de schippers droegen als werktrui zelfge breide truien met het motief van de Engelse trui, het Godsoog, soms met een boord, soms zonder boord, maar met het koordje, soms met een kwastje, maar nooit met pompoenen. "Dat doen ons nie." En ja, die truien breiden ze zelf. De meisjes moesten ook hun aandeel leveren: iedere dag uit school, tien "naedjes" breien voor je mocht gaan spelen. Mevrouw F.G. Glerum, lerares aan de toenmalige LHNO te Tholen, maakte een patroon van het motief en liet het de eindexamenkandidaten breien. Dit tot grote hilariteit in de klas, want wie breit op die leef tijd nou een hart! Ze maakte aan de hand van een oude trui (ondanks alle ontkenning bestonden die toch nog) een patroon, zodat de Thoolse visserstrui weer gebreid en gedragen kan worden. De sajet bestaat niet meer, maar de trui zal er niet minder echt om uitzien. Bron: Henriëtte van der Klift-Tellegen: Nederlandse visserstruien. Uitgeverij Cantecleer b.v. de Bilt, 1983. ISBN 90 213 0899 1 n voor beroeps- en pleizervaart Winkelschip "Helena Maria" Maisbaai 1Jachthaven Middelburg Telefoon 01180-29913 Stoffel Cornelisse Godsoog, ook wel bloem of snipper genoemd wv J- Verkouteren in een Engelse trui aan het roer van De Windroos r rryTrrry-rrrrYT^TV^7-rrYY-rrrr/ r s Z222222Z& Z22ZZZZ2 2ZZ2Z2 ZZZZU2ZZZZZ2 Op de plesse in de nieuwe visserstrui, met pompoenen

Tijdschriftenbank Zeeland

Consent | 1998 | | pagina 11