12
In verband met de voorgenomen
tochten op de Noordzee (de Atalante
maakt driemaal een tocht naar Wight)
wordt de (steek-)mast voorzien van
zij stagen. De zwaarden worden iets
verlengd en krijgen een holler profiel
('er moet een puts water in kunnen
staan'). De motor wordt vervangen
door een BMC Commander Diesel. In
1973 verkoopt Mansholt de Atalante
aan J. Aakster te Amsterdam, die er
slechts twee seizoenen mee vaart.
Van Duivendijk
In de periode 1981-1985 worden
enkele seizoenen doorgebracht op
Tholen, en van daaruit tochten gemaakt
op de Oosterschelde en naar Veere. Dit
mede in verband met groot onderhoud
bij van Duivendijk, waar de zoons
Melis en Dirk van Simon, en Melis van
Dirk inmiddels de werf hebben overge
nomen.
Er worden o.a. reparaties uitgevoerd
aan het onderboord (stuurboord voor),
en op diverse plaatsen halfhoutjes
aangebracht met vulstukjes van hecht-
hout, teer en mos. Alleen mos uit de
Brabantse vennen mocht hiervoor
gebruikt worden. In 1981 zijn op het
kajuitdak de afdichting van de
deknaden met presenning op de origi
nele manier vervangen, d.w.z. met
papier, linnen en 55 meter keper
band en gekookte lijnolie.... Verder is
alle breeuwwerk vernieuwd. In 1985
wordt bij van Duivendijk de motor
vervangen door de huidige Peugeot
Diesel.
Huidige eigenaar
In 1974 ligt het schip te koop in Den
Oever. Als gegadigde meldt zich A.A.
Eecen, eigenaar van een vliegtuig
onderhoudsbedrijf op Schiphol. Bij
Hakvoort te Monnikendam wordt de
koop gesloten en de Atalante overge
varen naar de Westeinder. Enkele jaren
later wordt een ligplaats gevonden aan
het IJsselmeer bij de zeilvereniging Het
IJ; daarna twee seizoenen in Marken en
vervolgens in Durgerdam. In de winter
verblijft het schip bij jachtwerf Aldert
Been te Aalsmeer. Er wordt gevaren op
de Westeinder, het IJsselmeer, Fries
land en de Zeeuwse wateren. Aan
wedstrijden als de Flevorace en de 24-
uurs op het IJsselmeer wordt regel
matig deelgenomen, evenals aan de
Westeinder platbodemwedstrijden en
diverse Sails.
13
hier wonderwel in geslaagd en de
Atalante is nu mooier dan ooit! Om het
silhouet te bewaren is er niets aan het
tuig veranderd (gouden regel: hoogte
van de mast lengte van het schip) in
tegenstelling tot de huidige mode bij
sommige platbodemschepen.
Naschrift (van de redactie)
Speciaal voor dit themanummer over
Tholen hebben wij de heer Eecen
verzocht de geschiedenis van de
Atalante op schrift te stellen. Aanlei
ding hiertoe was niet enkel de reden
dat de Atalante de laatste hoogaars was
van van Duivendijk. Ook menen wij
dat dit schip bij uitstek een representa
tief voorbeeld is van een goed gelijnde
Zeeuwse jachthoogaars! Na een
vakkundige restauratie, welke met veel
zorg, en respect voor de originele
lijnen werd uitgevoerd, mag deze
zestigjarige dame weer aan een nieuw
leven beginnen. Moge zij als inspiratie
dienen voor nog vele nieuw te bouwen
Zeeuwse jachten!
Grote restauratie
In de seizoenen 1992-1993 is een grote
restauratie uitgevoerd. Begin jaren 80
was aan het licht gekomen dat een
voorgaande eigenaar ooit cement en
grind als ballast in het achterschip had
gestort, hetgeen verstikking van het
hout tot gevolg had. Begin '90 bleek
dit niet meer met plaatselijke reparaties
te vérhelpen. Omdat er op dat moment
goed eikenhout beschikbaar was, werd
besloten tot een komplete restauratie
van de Atalante, die uiteindelijk ander
halfjaar zou duren. Hierbij werd 60
van al het hout vervangen. Het roer
werd vernieuwd en het interieur
gedeeltelijk teruggebracht naar de
oorspronkelijke indeling. Ter verho
ging van het comfort werd een hete-
luchtverwarming en een nieuw keuken
blok met koelkast en oven geïnstal
leerd. In de kuip werd een kompas
stand geplaatst met daarin weggewerkt
een snelheids- en dieptemeter. Bij de
restauratie is getracht de authenticiteit
van het hoogaarsjacht en de mooie
lijnen van het schip te bewaren. Aldert
Been die het werk heeft uitgevoerd is
Melis Szn. bezig met het dichten van de kajuitnaad met de vuilnis
1981 Groot onderhoud op de overdekte helling. Links de BRU 24 welke nu bij het museum te
Antwerpen staat
De Remcoline in aanbouw
Foto: P. Luijendijk
