A.J. van Dijck, Vlaming in Veere 14 Bonnie Joosse A.J. van Dijck, voor wie Veere een lied was en hij de dichter van de vloeiende verzen die bij dit lied passen. Alphonsus Josephus van Dijck werd in 1894 in Antwerpen geboren. Op zijn 14e jaar werd hij toegelaten tot de tekenklas van de Kunstacademie en later tot de schilderklas van Isidoor, Baron Opsomer. Hij gaat in het begin van de Eerste Wereldoorlog op aandringen van de pastoor, van zijn vader en van zijn moeder (in deze volgorde) als zovele Vlaamse jongeren, naar het vrije Nederland. Op de loop voor de Duitsers vindt hij in Nederland een land waar hij kan werken en wonen. Via Den Haag komt hij in Amsterdam terecht. Daar leert hij zijn vrouw kennen. Vervolgens Volendam. Daar hoort hij Engelse schilders over Veere praten. Van Dijck neemt in 1919 de nachtboot naar Zeeland. Als hij Veere bij daglicht ziet is hij zo onder de indruk dat hij zegt: "ik ga hier een fijn jaar werken". Uiteindelijk zijn dat er 60 geworden. Hij ging wonen op het adres Markt 33, Huize Sint Lucas, genoemd naar de schutspatroon van de schilders. Hier had hij ook jarenlang een kunsthandel "The Studio". Veere was in die tijd zeer geliefd bij Engelsen. Van Dijck schilderde en tekende landschappen, stadsgezichten, portretten, bloem stukken en stillevens. En Veere, vooral Veere. In al haar verschijningsvormen. Stadsgezichten, het stadhuis, de kerk, de haven, schepen, portretten van vissers. Van Dijck in 1969: "De goede oude tijd voor Veere was de arme tijd. Iedereen was tevreden en het stadje was zichzelf nog. De vissers gingen met drie, vier gulden naar huis en als er geen wind was, zaten ze op mijn atelier. Dan schilderde ik. Ik heb ze allemaal hier gehad". Ook hun schepen schilderde hij. De inkijkjes van boven af in de vissers schepen zijn eigenlijk heel curieus. Registratie en kunstvorm tegelijkertijd. Van Dijck heeft nooit naar grote roem gestreefd. In een vraaggesprek ter gele genheid van zijn 75e verjaardag zei hij: "Ik heb mezelf nooit de tijd gegund om beroemd te worden. Dat lijkt me voor een schilder ook niet het belang rijkste". Liever bleef hij de filosoof van Huize Sint Lucas, die hij na 1930 allengs geworden was. In zijn gezel schap vinden we schilders als Jan Heyse, Koets, Vaarzon Morel, Lucy van Dam, Hendrik Willem van Loon, Jacobs. Hij overleed in 1979. A.J. van Dijck, de schilder die me vooral na aan het hart ligt vanwege de Vlaams-oranje daken in zijn schilde rijen. A.J. van Dijck, Hoogaarzen in de haven, ca. 1930, olieverf op paneel, 21 x 27 cm. KUNSTCONSENT, ZOMER 2000 A.J. van Dijck, Haven van Veere, ca. 1930, olieverf op paneel, 31 x 38 cm. A.J. van Dijck, Hoogaarzen in haven, ca. 1930, olieverf op paneel, 21 x 37 cm. KUNSTCONSENT, ZOMER 2000

Tijdschriftenbank Zeeland

Consent | 2000 | | pagina 8