Puf fabrieken in Veere en Arnemuiden
In een eerdere aflevering van consent hebben wij destijds gemeend ter sfeerverhoging een
geurmonster van hout te moeten toevoegen. Bij dit artikel vonden wij het raadzaam een toepasselijk
geurtje achterwege te laten.
Productieproces
2 CONSENT NR. 27 VOORJAAR 2011
Toon Franken
Een onderwerp waar nog maar weinig over is ge
schreven betreft de vismeelfabrieken, in de volks
mond puffabrieken genaamd. De puf bestaat oor
spronkelijk uit garnalenkoppen, later ook voor een
groot deel uit doorgedraaide garnalen, krabben en
ondermaatse vis. In de puffabriek werd puf gedroogd
en vermalen tot vismeel. Dit meel werd verkocht als
voer voor kippen en varkens. Indien er sprake was van
afval van garnalen, vrijkomend bij het pellen, dan le
verde dat uitsluitend vismeel op dat geschikt was als
kippenvoer. Van de ondermaatse vis, zeesterren e.d.
maakte men vismeel dat werd afgezet als veevoer.
Puffabrieken in Zeeland waren te vinden in Arnemui
den, Breskens (3), Brouwershaven, Veere en Tholen. In
dit artikel wordt de geschiedenis beschreven van de
puffabrieken in Veere en Arnemuiden;
De puffabriek in Veere wordt gebouwd in 1930 aan de Molen
weg B 108 (later 4), in opdracht van M. Jansen uit Stellendam.
Vermoedelijk betreft het hier Matthijs Jansen, die in 1894 een
garnalenhandel is begonnen in Stellendam; dit bedrijf, een van
de laatste waar nog met de hand garnalen worden gepeld,
beëindigt zijn activiteiten in 2009.
De Veerse puffabriek biedt werk aan vijf personen, waaronder
bedrijfsleider Dingeman Verhoeve (geboren Stellendam 1908).
Volgens het verslag van de toestand van de gemeente Veere
over 1931-1935 worden in de fabriek ondermaatse garnalen
gedroogd en gemalen, waarna ze hun weg vinden als kippen
voer, dat wordt afgenomen door de Nederlandse Pluimvee
centrale.
Het drogen van de garnalen geschiedt op een soort barbecue,
op open vuur, wat niet geheel zonder risico is. Dat blijkt eind
augustus 1931 als W. Jansen te dicht bij het vuur staat en zijn
kleren in brand vliegen. Met moeite kan hij bij zichzelf de vlam
men doven en hij loopt ernstige brandwonden op aan hoofd
en armen. De inwoners van Veere krijgen ook te maken met
de nadelen van deze industrie. De garnalen worden namelijk
op de Kade gestort en van daaruit met wagens naar de fabriek
vervoerd, hetgeen tot stankoverlast leidt. Ter beperking van de
stank dient eigenaar Jansen betonnen platen aan te brengen
voor de losplaatsen conform een ontwerp van de gemeen
tebouwmeester. Jansen kiest echter voor een goedkopere
-illegale- oplossing en hoewel de politie hem komt melden
dat hij in overtreding is wil men hem in de aanvoer van vis niet
teveel belemmeren.
Toch komt het niet meer goed tussen Jansen en de gemeente
Veere. Garnalen- en vismeelfabrikant M. Jansen uit Stellendam
verzoekt de gemeente om ontheffing van het afvoerrecht ka-
degelden, daar zijn bedrijf niet meer rendabel is en daar hij
reeds kadegelden betaalt. De gemeente voert stevige ge
sprekken met Jansen over dit onderwerp, maar komt niet tot
een bevredigende oplossing. De heer Jansen geeft de zaak in
handen van zijn advocaat, maar ook dat levert weinig op. Met
algemene stemmen besluit de raad afwijzend op het verzoek
te beschikken. Uiteindelijk verkoopt Jansen zijn bedrijf in 1946
aan de uit Breskens afkomstige J.C. van de Sande, dit zeer tot
ongenoegen van zijn bedrijfsleider Dingeman Verhoeve. Deze
besluit de Veerse fabriek vaarwel te zeggen en start met com
pagnon Piet Kasse (geboren Veere 1927) een eigen puffabriek
in Arnemuiden, waarover later meer.
Van de Sande pakt de zaken voortvarend aan. Op 1 april 1948
krijgt hij een vergunning voor de bouw van een elf meter
hoge fabrieksschoorsteen bij de puffabriek en in 1949 mag
hij zijn garnalendrogerij uitbreiden. In dat jaar is er wel een
forse toename van het aantal klachten over stank, afkomstig
van het visafval dat op de Kade wordt gestort. De gemeente
neemt maatregelen. Voortaan zullen de aangevoerde zeester-
Hef stedeke Veere in 1938 doorl. Rahusen, detail, (Part.bezit)
i**a ve Uj n
over
von voorwcvkem
ycm •/esrmcj
(T halve moontje)
voorre'
'£jfc .pui'PobrieK.
waar garnalen (tftdrooafi worden
verwerken tot kippenvoer
CONSENT NR. 27 VOORJAAR 2011
3
De puffabriek heeft twee verwerkingstijden, een voor de
garnalenpufen een voorde rest (krabben, zeesterren en
visjes).
De garnalen worden eerst in een wagen geladen, die
dan in een loods wordt aangekoppeld op een stoom-
slang. Daarmee wordt de vracht doorgeblazen en zo ge
stoomd. Daarna wordt de wagen doorgereden naar een
volgende loods waar de lading wordt uitgespreid op een
droogbed tot een hoogte van ongeveer 30 centimeter.
Daar wordt dan hete lucht onderdoor geblazen om de
garnalen te drogen. Hef bed moet daarvoor regelmatig
worden omgeschept. Als de garnalen voldoende droog
zijn worden ze in grote zakken geschept. Ze wegen dan
haast niets meer. De zakken worden als de markt goed
is als kippenvoer verkocht.
In tegenstelling tot de garnalen wordt de overige puf
na het drogen in een grote ton gemalen tot vismeel. De
vieze lucht wordt veroorzaakt door deze laatste catego
rie, garnalenpuf stinkt nauwelijks.
ren moeten worden gestort op de pufplaten liggende voor
het postkantoor en voor de gereformeerde kerk. Garnalenpuf
kan worden gestort op de overige plaatsen. De gemeente is
inventief in het bestrijden van de stank en betrekt hierin ook
de eigenaar van de puffabriek. Zo koopt J.G van de Sande op
29 augustus 1950 de overtollig geworden (baby)brandspuit
van de gemeente Veere, maar wel onder de voorwaarde dat
hij eenmaal in de week de kade, waarop de puf en vis wordt
geladen, schoon zal spuiten. De klachten van de inwoners van
Veere over de stank houden echter wel aan. Iemand die dit let
terlijk aan den lijve heeft ondervonden is Jaap Wisse, die in de
jaren vijftig voor de Veerse smid Meijers werkt en regelmatig
moet komen opdraven als er weer eens stenen in de droog-
trommel worden aangetroffen, waardoor apparatuur bescha
digd raakt. Hij moet dan zelf in de trommel kruipen en stinkt
een uur in de wind als hij de klus heeft geklaard.
Aan het werk in de
puffabriek van Veere
foto J.Midavaine