cu pat Afmaal ZdPtK WS,t,lE' st~± lo-tf En dan daagt er een groter probleem, dat ook al zo mense lijk is. In dit nummer van Decreet, in diezelfde fotoserie van ate liers, wordt aan kunstenaars gevraagd of de kunst hen gebracht heeft wat ze ervan verwachtten. De meeste kunstenaars blijken zich, getuige hun antwoorden op deze vraag, nog steeds wel te bevinden in hun metier ondanks alle onheil dat van buiten uit de onheilszwangere wolken vanuit "Den Haag" over hen wordt uitgestort. Dat onheil zeifis onderwerp van de bijdrage van Mariette Dölle (van TENT in Rotterdam) en dat is niks te vroeg gegeven het feit dat in Zeeland het streven om te komen tot één over heidsinstelling voor de kunsten door samenvoeging van CBK Zeeland, SBK Middelburg (Vleeshal en Kabinetten) en BBK Vlissingen vorm krijgt. Dit initiatief lijkt vooral gedreven door bezuinigingsdrift en door het verlangen leegstaande gebouwen in gebruik te stellen (hetgeen weer andere leegstand zal veroor zaken) en daarmee dreigt het positieve van de samenwerking door het negatieve van wat de Belgen zo aardig "besparingen" noemen teniet gedaan te worden. Wat je namelijk bij dit soort van boven afgedwongen samenwerkingsinitiatieven vaak ziet opduiken is de neiging van de verschillende tot samenwerking gedwongen partijen om de strijd in eigen voordeel te beslissen. Die strijd is het gevolg van de bezuinigingen die aanleiding voor dat initiatief waren, maar die leidt op deze wijze altijd tot de slechtst mogelijke uit komst, terwijl de bezuinigende overheid vanuit het "verdeel en heers"-principe rustig achterover kan leunen. Want als ieder voor het maximale gaat, is de uitkomst óf een "samenwerking" waarin één partij alles pakt, óf een gemiddelde dat lager is dan wanneer iedere partij van meet af aan bereid is samen met de anderen bij de bezuinigende overheid dat maximale af te dwin gen. Helaas is het onderling wantrouwen meestal zo groot dat zo'n samenwerkingsmodel er niet in zit. Daar komt nog bij dat het hele subsidiestelsel al is geba seerd op een "verdeel en heers"-principe: ieder voor zich pro beert een zo gunstig mogelijk resultaat te bereiken, waarbij de andere partijen als concurrent worden gezien. Dat was heel zichtbaar bij de recente bezuinigingen: de hele sector bleek weerloos en wie gespaard werd of zelfs maar dacht gespaard te kunnen worden bleek niet bereid tot deelname aan gezamenlij ke actie. En de acties die wel plaatsvonden (de "schreeuw"-actie bijvoorbeeld) waren weinig meer dan ritueel protest dat een even rituele voldbening schonk. Middelbrug kent een geschiedenis op cultureel gebied die de stad bekendheid heeft gebracht tot buiten de landsgrenzen. We zijn dit jaar getuige van de viering van het 50-jarig bestaan van het Zeeuws Museum. Van die viering maakte deel uit een symposium gewijd aan de eerste directeur, Piet van Daalen, die onder meer Joseph Beuys en Marcel Broodthaers naar Zeeland haalde. Maar vëel belangrijker is de bedding geweest waarin dat gebeurde: Piet van Daalen is erin geslaagd het vernieuwende in de kunst voor Zeeland interessant te maken door het te verbin den aan lokale thema's, en dat werd het vliegwiel waar onder meer de Vleeshal, het kunstenaarsinitiatief FORUM en de Stichting Nieuwe Muziek het gevolg van waren. En dat Van Daalens geest nog leeft is zichtbaar in de huidige tentoonstel ling van het Zeeuws Museum, waar Frank Kooien, Mariana Castillo Deball en James Beckett deels met voorwerpen uit het museum elk een installatie hebben gemaakt die aan Broodthaers refereert én de functie van het museum aan de orde stelt. Maar juist met deze initiatieven kwamen ook de zwakke punten naar voren: dergelijke initiatieven zijn vaak afhankelijk van één of enkele personen, en de lokale politiek staat er veelal ongeïnteresseerd tegenover en blijkt weinig bereidheid te tonen zich daarvoor politiek en/of financieel in te zetten. Illustere voorbeelden liggen helaas ook weer voor het grijpen. Als voorbeeld van de persoonsafhankelijkheid van dergelijke initiatieven noem ik het op- en teloorgaan van de Stichting Nieuwe Muziek in het Muziekpodium Zeeland nadat stichter Ad van 't Veer zich teruggetrokken had. Het tot tweemaal toe op het laatste moment afblazen van het door Aldo van Eijck als Centrum voor beeldende kunst ontworpen Middelburgse "Museum 13/IX" heeft laten zien hoezeer een veranderend poli tiek klimaat de mooiste initiatieven om zeep kan helpen. Als dieptepunt heb ik daarbij ervaren het met veel tamtam onder brengen van de door de Vleeshal verworven en voor dit (ons!) museum bestemde kunstwerken in het M KHA te Antwerpen - alsof de Middelburgse kunst daarmee het beste gediend zou zijn. En de vele gesneuvelde plannen voor een nieuw theater in Middelbrug geven een schrijnend beeld van de besluiteloos heid van de lokale politiek en van de onverschilligheid van de lokale bevolking. Want telkens wordt zo weer manifest hoezeer kunst en cul tuur afhankelijk zijn van de gunst van het pubhek, vooral omdat juist dat vaak dé maatstaf is voor overheden om culture le initiatieven te (onder)steunen - terwijl het begrip "initiatief" nu juist inhoudt dat er een (nieuw) begin gemaakt wordt dat zich nog moet bewijzen. En aan de andere kant kan juist het gesubsidieerd worden een belemmering zijn om nieuwe initia tieven te ontplooien. Dat heet dan de verslaving aan de subsidie - maar dat lijkt me een misvatting, al ligt wel de gemakzucht op de loer, als het geld te vanzelfsprekend lijkt binnen te komen. Die misvatting is dan, dat het de instellingen zelf zouden zijn die verslaafd zijn, terwijl het de subsidieverstrekkers zijn die verslaafd maken, juist door de eisen die ze voor die subsi dieverstrekking stellen. Het zijn namelijk vaak de gevestigde instelling en de "topkunst" die ook, nee, juist tijdens bezuini gingstijden gesubsidieerd blijven worden vanwege him succes, hun publieksaantrekkelijkheid, hun gebaande-paden-voor keur, terwijl dat juist een reden zou moeten zijn om geleidelijk tot afbouw van subsidie over te gaan door dat succes als basis te beschouwen voor zelfstandig overleven op die gebaande paden. Men ziet het omgekeerde: vaak gaat er steeds meer sub sidie bijna als vanzelfsprekend naar dergelijke top-instelhngen die daarmee hun gebaande paden kunnen verbreden en asfalte ren, terwijl het kleine, het experimentele, het vernieuwende, dat zich nog moet bewijzen, als eerste voor afbouw in aanmer king lijkt te komen. Merkwaardig en ook hoopgevend is dat juist zij in staat blijken te overleven vanwege het met niets en uit het niets begonnen te zijn en vanwege een als noodzaak gevoelde gedrevenheid die voor en in dat "niets" de grondslag heeft gevormd. Het is een grote troost te weten dat de gedrevene en het gedrevene vaak groeit tegen de verdrukking in. De geschiede nis heeft keer op keer bewezen dat wat uit innerlijk gevoelde noodzaak is geboren, niet te vernietigen is, en dat veel van het weerloze vaak gered is door gezamenlijke, maar persoonlijk gevoelde, verantwoordelijkheid geboren uit fascinatie voor dat weerloos autonome, of het nu een mens of een kunstwerk is. En daarmee kom ik weer uit bij het begin van mijn verhaal: het is mijn persoonlijke fascinatie die de waarde bepaalt van de op zich weerloze kunstwerken die aan mijn genade zijn overge leverd, en die fascinatie komt voort uit het gegeven dat het mensenwerk is, en dat ik het dus zelf gemaakt zou kunnen heb ben, en vaak ook zou willen hebben. Het is dus ook mijn per soonlijke achteloosheid, onachtzaamheid, onverschilligheid die de teloorgang ervan tot gevolg zou hebben. Als ik dat mezelf zou toestaan, zou ik me er wel van bewust moeten zijn dat het mensenwerk betreft, en dat ik met zo'n houding mezelf, mijn menselijkheid, geweld zou aan doen. Wees gerust: dat zal ik mezelf niet toestaan. Ik kan instaan voor mezelf - maar niet voor al die anderen. Wat te doen? tekening: leni van den berge y.

Tijdschriftenbank Zeeland

Decreet | 2012 | | pagina 6