VORDERING VAN DE BIJ DE DELTADIENST IN UITVOERING ZIJNDE WERKEN IN HET TIJDVAK 1 JULI1 OKTOBER 1957 Stormvloedkering in de Hollandsche IJssel Van de oostelijke heftoren aan de Rotterdamse zijde was op 1 oktober 1957 de beton constructie bijna gereedslechts de in de fabriek gereedgemaakte dakconstructie moest nog worden aangebracht. De westelijke heftoren aan de Rotterdamse zijde werd afgestort tot het peil van 35,00 m N. A.P. De beide overige heftorens kwamen gereed tot het peil van 6,00 m N. A.P. Het trekken van damwand van de oostelijke bouwput werd voortgezet. Van de in aanbouw zijnde schutsluis kwam het betonwerk voor het buitenhoofd vrijwel gereed tot het peil van 6,00 N.A.P. (dekzerkhoogte). Met het storten van de vloer van dit hoofd werd voortgegaan. Ook het binnenhoofd kwam nagenoeg gereed tot dekzerkhoogte. De vloer van het binnenhoofd is afgewerkt. De pijler voor de oplegging van de vaste- en de bascule-brug was gereed tot het peil van 6,00 m N.A.P. De onderbouw van de bascule-kelder was afgestort tot ongeveer N.A.P. Het stortebed aan de buitenzijde van de sluis is gereed; met de bodembekleding van de schutkolk is een aanvang gemaakt. De aanaarding van het kunstwerk is eveneens in uitvoering. Van de tien sluisdeuren waren op 1 oktober 1957 vier stuks gereed en twee stuks in be werking. De bovenbouw van de bascule-brug was practisch gereedde staalconstructies voor de vaste brug zijn in bewerking. Een aanvang is gemaakt met het samenstellen van de grote schuif uit zijn tevoren ge reedgemaakte onderdelen. Dit geschiedt op het montageterrein van de firma Penn Bauduin te Dordrecht. De bouw van de voorgespannen betonviaduct op de oostelijke oever nadert zijn vol tooiing. Het rijdek was op 1 oktober 1957 geheel gemonteerd en gespannen. Tussen het landhoofd ter plaatse van de oostelijke kistdam en de pijlers ter plaatse van de oude bandijk wordt nog gewerkt aan de constructie van voet- en rijwielpaden en de bouw van de trappen. Aan het overige deel van de viaduct wordt de laatste hand gelegd. Afsluiting van het Haringvliet Het maken van de bouwput voor de uitwateringsluizen Aan de noordzijde van de te maken bouwput werd met behulp van het klappen van zand en het aanbrengen van opzinkstukken een onderwaterdam geformeerd op de reeds in de zomer van 1956 aldaar aangebrachte bodembezinking. Met deze dam - de z.g. „noor delijke banaan" - werd de diepte die ter plaatse varieerde van 5 tot 8 m N.A.P. ge reduceerd tot ongeveer 2,5 m N.A.P. en aldus in de sterke getijstroom een basis gevormd voor de kleikade aan de buitenzijde van de ringdijk. 44 100 Bouwput voor de Haringvlietsluizen; stand van het werk op 1 oktober 1957 Voor de opbouw van deze onderwaterdam werd 420 000 m3 zand geklapt en werd 40000 m2 zinkstuk met een totale bestorting van 12 000 ton zink- en stortsteen ver werkt. Van de zuidzijde van de bouwput af werd de westelijke dijk uitgebouwd met een door drijvende kranen opgeworpen kleikade en het persen van zand aan de binnenzijde van deze kade. Uit proefnemingen in het model van de bouwput in het Waterloopkundig Laborato rium in de Voorst (N.O.P.) was gebleken, dat t.g.v. de steeds sterker wordende stroom voor de kop van de in uitbouw zijnde dijk, de ontgrondingen zo groot zouden worden, dat het snel vooruitbouwen niet meer mogelijk zou zijn. Wel zou dit mogelijk zijn bij een uitbouw van de kleikade op een bodembezinking, hetgeen echter vermeden diende te worden aangezien de lange zijde van de bouwput na voltooiing van de uitwatering sluizen weer volledig weggebaggerd moet worden. Het opruimen van de bodembezin king in de natte zou dan veel moeilijkheden geven. In een vroegtijdig stadium werd daarom tussen de bezinking van de noordelijke banaan en de kop van de uit het zuiden aangroeiende dijk begonnen met de bouw van een stroombeteugelingsconstructie, gelegen op ongeveer 70 m binnenwaarts van de buiten- teenlijn van de dijk. Deze beteugeling kan later in de droge opgeruimd worden. Als basis van deze stroombeteugeling werd een bodembezinking aangebracht van de noordelijke banaan tot ongeveer halverwege de rechtstand van de westelijke dijk. Aan de noordzijde werd begin juni op deze bezinking een aanvang gemaakt met de bouw van een ongeveer 250 m lange dam van Maingrind tot boven gemiddeld hoog water 45

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1957 | | pagina 23