De laadbakvloer van electrisch gelast draadnet verloopt, zijn proeven genomen op een kunstmatig geaccidenteerd terrein boven water. De mat bleek zich zeer goed aan de oneffenheden aan te passen. Bij een proef waarbij een op de vooromschreven wijze samengestelde mat na uitleggen aan een dwarsstroming werd onderworpen bleken de randen echter onvoldoende vast te liggen. De nu toegepaste doeken bestaan daarom uit nylonweefsel begrensd door stroken van nylonnet. De met zand gevulde nylonslangen, die aan het doek zijn bevestigd, liggen op afstanden van 1,20 m en lopen over deze stroken door. Bovendien zijn de netten aan het begin en einde van het doek met extra zandslangen verzwaard, omdat daar de grootste stroomaanval is te verwachten. Aan de mat zijn op regelmatige afstanden boeitjes van hardschuimplastic bevestigd, die het mogelijk maken de voortgang van het uitleggen te controleren. Voor het uitleggen van de doeken wordt nu gebruik gemaakt van een ponton, be staande uit een bak waarin het doek kan worden opgeslagen en die steunt op twee rollen die tevens als drijfiichaam dienen. De rollen zijn elk in drie com partimenten verdeeld, alle voorzien van afsluiters, zodat aan de ponton ieder ge wenst opdrijvend vermogen kan worden gegeven. De buitenste vakken zijn met elkaar verbonden; de middentanks worden als trimtanks gebruikt. Bij het uit leggen moeten de rollen bodemoneffenheden kunnen volgen en moet de ponton kunnen vervormen, scheluw trekken. De randliggers zijn daarom dunwandig uit gevoerd, zodat zij gemakkelijk torderen. De rollen zijn met zelfinstellende lagers onder de zijligger aangebracht. Ter beperking van het gewicht is de vloer van de bak gemaakt van elektrisch gelast draadnet, ondersteund door buisliggers. Boven de voorrol is een ligger geconstrueerd, die het begin van het doek tegen de rand van de bak drukt en aldus het ontijdig uitleggen van de mat voorkomt. Deze ligger is aan zijn einden scharnierend aan de ponton bevestigd en vormt met de 24 bak als het ware een grote tang met een zeer brede bek. De ligger is als drie hoeksligger in buisconstructie uitgevoerd. Deze constructie maakt een gemakkelijk onderhoud mogelijk en geeft de gelegenheid het gewicht onder water zo gering mogelijk te houden. Dit laatste is een gebiedende eis, aangezien de bij het begin van de uitlegmanipulatie volledig belaste wagen door de bok over de bodem ge trokken moet kunnen worden. De voor de bok benodigde reactiekracht ontleent deze aan zijn achteranker, dat met het oog op de handelbaarheid uiteraard niet te zwaar mag zijn. Teneinde het varen van de geladen ponton veiliger te maken, zijn gemakkelijk aan te brengen en weder af te nemen hulpdrijvers geconstrueerd. De thans in bedrijf genomen rolponton weegt bedrijfsklaar ruim 22 ton en heeft een laadvermogen van ruim 20 ton. Aan de ligger hangt een met zand gevulde zak, die over de gehele lengte tegen de voorrol rust; deze zak voorkomt dat de stroom vat krijgt op de rand van het doek en bevordert het gelijkmatig glijden van het doek uit de bak. Wanneer de ponton op de bodem is neergelaten, wordt zijn positie aangegeven door een boei of door buizen die ter weerszijden van de boei zijn bevestigd. De Tewaterlating van de ponton 25 t

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1959 | | pagina 14