De slikponton Deze is voorzien van waterballasttanks die kunnen worden gevuld om de ponton aan de grond te zetten. Ook bij ruwe zee ligt de bak dan volkomen vast, zodat vanaf het hoge dek nog kan worden geboord of gesondeerd. Door het leegpompen van de tanks komt de ponton weer vlot; de diepgang bedraagt dan minder dan 50 cm. Op deze wijze is het mogelijk betrekkelijk onafhankelijk van het getij het schip te verplaatsen zodra de sondering is uitgevoerd; met de droogvallende schepen gaat veel tijd verloren omdat gewacht moet worden tot het water weer voldoende is gestegen. Indien de ponton 's avonds in gezonken toestand op een plaat achterblijft, wordt kwetsbare apparatuur mee van boord genomen. Overzicht van de werkzaamheden in de periode 1 juli 1957 tot 1 januari 1959 De Rotterdamse Waterweg: 36 boringen, totaal 419,30 m. In verband met ver beteringsplannen en de aanleg van Europoort wordt op een aantal plaatsen onderzocht of de grond te zuigen of te baggeren is. De Brielsche Maas: 2 boringen, totaal 63 m. In de boorgaten zijn filters geplaatst ten behoeve van het geohydrologisch onderzoek. De waterspanning wordt regel matig afgelezen. Het Haringvliet: 162 boringen, totaal 2448,80 m. In de bouwput van de uit wateringssluizen werden boringen en sonderingen verricht om de omvang van de paalfundering van het kunstwerk te kunnen vaststellen. Ter plaatse van de schut sluis zijn boringen en sonderingen verricht; uit dit onderzoek is onder meer ge bleken dat een groot gedeelte van de grond, die uit de bouwput zal worden ontgraven, wegens het hoge slibgehalte niet geschikt is voor ophogingen. Het boorprogramma voor de afsluitdam wordt nog voortgezet. Het Hollandsch Diep: 200 boringen, totaal 3182,75 m. Hier wordt een inventa risatie uitgevoerd van bruikbare klei en leem. Tot nu toe is de aanwezigheid van 1 500 000 m3 aangetoond boven het niveau van N.A.P. 15 m. Het Volkerak: 81 boringen, totaal 1215,30 m. De bestemming van aldaar te ont graven grond kon na het boren worden vastgesteld. Boringen en sonderingen zijn tevens verricht om de zettingen in de dam en het verkeersknooppunt te kunnen voorspellen en om de funderingswijze van de sluizen te kunnen bepalen. Ten behoeve van de overbrugging van het Haringvliet werden enige oriënterende sonderingen uitgevoerd. De Grevelingen: 31 boringen, totaal 549,10 m. De zettingen van de ringdijk om de bouwput en van de havendammen nabij Bruinisse zijn voorspeld aan de hand van boringen en sonderingen; de stabiliteit van taluds is berekend, de fundering van de schutsluis is bepaald en de omvang van grondverbeteringen is vastgesteld met behulp van de verkregen gegevens. Een inzicht is verkregen in de doorlatend- heid van de ondergrond. Ten behoeve van de zandwinning zijn inventarisatie boringen uitgevoerd. Het boorprogramma voor de dam wordt nog voortgezet. Het Brouwershavensche Gat: 34 boringen, totaal 1221,70 m. Ter bepaling van grondsoort en draagkracht worden in enige mogelijke damtracees boringen en sonderingen uitgevoerd. Nabij den Osse is de plaats voor een werkhaven onder zocht. Oeverboringen zijn verricht in verband met oevervallen, die in dit gebied zijn voorgekomen. In zeven boorgaten zijn filters geplaatst voor het geohydrologisch onderzoek op Schouwen. Schelphoek: 5 boringen, totaal 144,50 m. Een oriënterend onderzoek is ingesteld in verband met de aanleg van een bouwdok voor caissons. De Zandkreek: 13 boringen, totaal 403,10 m. Onderzoekingen zijn ingesteld naar de noodzaak voor de Zandkreekdam een grondverbetering uit te voeren. Enige boringen zijn verricht ten behoeve van het geohydrologisch onderzoek van de omgeving van de Zandkreek (Drie Eilanden boezem) Het Veersche Gat: 45 boringen, totaal 496.m. Aan weerszijden van de drempel in het sluitgat moet de bodem worden verdiept. Onderzocht is of de grond hier met zuigers kan worden gewonnen. De draagkracht van de bodem in het tracé van de dam is vastgesteld; de zetting in de ondergrond ten gevolge van de aanleg van de dam is voorspeld. Voor het vaststellen van de stabiliteit en de weerstand tegen uitschuring van de Walcherse oever zijn een aantal boringen en sonderingen uitgevoerd. De Wester schelde: 3 boringen, totaal 97,40 m. Uit geologische gegevens was bekend dat nabij Ossenisse leem aanwezig is. De boringen hebben aangetoond dat deze leem te onregelmatig voorkomt en te diep ligt om een economische winning mogelijk te maken. In anderhalfjaar zijn dus 612 boringen uitgevoerd met een totale lengte van ruim 10 km. 38

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1959 | | pagina 21