één werd door het Houtinstituut samengesteld. Verder werd kopernaftenaat toe gepast. Dit middel werd in verschillende concentraties in terpentine opgelost. Ook werd het als ammoniakale oplossing aangewend. Als zevende middel werd creosootolie opgenomen. Hiermee heeft men in de praktijk de beste ervaring ter bestrijding van de paalworm opgedaan. Voor het behandelen van rijshout zou het echter minder geschikt zijn, omdat het gecreoso- teerde rijshout moeilijkheden bij de verwerking zou opleveren. De bossen rijshout werden onder druk met de middelen geïmpregneerd of er ge durende één week in gedrenkt. De behandelde bossen rijshout werden tezamen met onbehandelde bossen op „Baustahlgewebe" gemonteerd en vervolgens opge hangen aan de steiger van de sluizen te Hansweert. Deze expositieplaats werd gekozen, omdat het bekend is, dat hier zeer veel paalworm voorkomt. Het is de bedoeling om het rijshout langere tijd, minstens 5 jaar, aan infectie door de paalworm bloot te stellen en jaarlijks na te gaan of aantasting is opgetreden. Het uitstrekken van het onderzoek over een aantal jaren is noodzakelijk, omdat het conserveringsmiddel door het zeewater uitgeloogd kan worden. Een middel, dat het eerste jaar wel voldoende bescherming geeft, kan door het uitlogen van de actieve bestanddelen later onwerkzaam worden. Verder treedt de paalworm af hankelijk van weersomstandigheden het ene jaar veel sterker op dan het andere jaar, ook in dit opzicht is dus een langere expositietijd nodig. De eerste inspectie werd in het voorjaar van dit jaar gehouden. De bossen rijs hout hadden op dat tijdstip ongeveer een jaar in het zeewater doorgebracht. Bij deze inspectie is gebleken, dat in de meeste onbehandelde bossen rijshout reeds een sterke aantasting door de paalworm is opgetreden. In de bossen rijshout ge drenkt in de in water opgeloste middelen werd eveneens aantasting geconstateerd. De bossen rijshout onder druk geïmpregneerd met de in water oplosbare mid delen vertoonden geen aantasting. Evenmin werd aantasting gevonden in de met kopernaftenaat behandelde bossen. Zowel de onder druk geïmpregneerde als de gedrenkte bossen bleken bij dit middel vrij van boorgangen van de paalworm. Ook de bossen onder druk geïmpregneerd met creosootolie waren niet door de paalworm aangetast. De bossen rijshout werden na de inspectie weer in zeewater geplaatst. Om tech nische redenen (het bleek bij ophangen aan de steiger van de sluizen te Hans- weert moeilijk te zijn de rijshoutbossen voor een inspectie tijdelijk boven water te brengen) werden zij nu echter bij de Postbrug in het kanaal door Zuid-Beve land opgehangen. De paalworm is ook hier zeer actief en de inspectie van de bossen levert geen moeilijkheden op. Het onderzoek werd tevens nog met een viertal middelen, kwiknaftenaat, tribu- tyltinoxyde, koperpentachloorfenol en een middel op basis van pentachloorfenol en gechloreerde koolwaterstoffen uitgebreid. Met deze middelen werden ook bos sen rijshout bespoten. Indien mocht blijken, dat hierdoor reeds de aantasting van de paalworm kan worden voorkomen, zou dit voor de praktijk een gemakkelijk uit te voeren behandeling zijn. Er dient nu te worden afgewacht, welke resultaten de verdere inspecties zullen geven en of op grond hiervan een behandeling van het rijshout tegen de paalworm kan worden aanbevolen. De resultaten van de eerste inspecties doen verwachten, dat zeker één of meer middelen voor toepas sing in de praktijk in aanmerking komen. Vordering van de bij de Deltadienst in uitvoering zijnde werken in het tijdvak van 1 juli - 1 oktober 1959 I. De bouw van de uitwateringssluizen in het Haringvliet Bemaling Door de spanningsbronnen wordt het grondwater t.p.v. de diepe ontgravingen nabij het noordelijke en zuidelijke landhoofd tot N.A.P. 19 m af gepompt, ter wijl in het middengedeelte van de bouwput een grondwaterstandsverlaging tot N.A.P. 15 m wordt bereikt. Totaal zijn 62 spanningsbronnen in bedrijf. Overzicht van het zuidelijke gedeelte van de uitwateringssluizen in uitvoering 15-9-59 29 28 K.L.M. Aero carto I

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1959 | | pagina 16