V T Overzicht van het westelijke gedeelte van de „Boulevard de Ruytertijdens de stormvloed van 23 dec. 1950 hoogste vloedstand N.A.P. -f- 3,50 m; maximum golfhoogte 3,70 m; 10% van de golven hoger dan 2,70 m FotoDert aan de zeemuur ernstige schade aangericht, terwijl ook bij de stormvloed van 23 december 1954 (hoogste stand N.A.P. -f 3,50 m) de achter de boulevard gelegen straten door golfoverslag onder water kwamen te staan. Het verminderen van de overslag van water werd daarna onderdeel van een studie, waarin de versterking van de zeewering „Boulevard de Ruyter" in het kader van de Deltawet werd betrokken. In verband met de omstandigheid, dat over een gedeelte aan de binnenzijde van de boulevard een kapitale bebouwing aanwezig is, waardoor een verhoging van de boulevard en een verzwaring aan de landzijde zeer kostbaar zou worden, terwijl daarmede niet de golfoverslag, maar alleen het binnendringen van water Overzicht tijdens de stormvloed van 16 okt. 1958 hoogste vloedstand N.A.P. 3,45 m; maximum golfhoogte 2,80 m; 10% van de golven hoger dan 2,20 m Foto Dert in de stad zou kunnen worden voorkomen, ligt het voor de hand, dat het aan brengen van de verzwaring aan de zeezijde van de dijk werd gezocht. Diverse mogelijkheden werden in het onderzoek betrokken. Ten behoeve van deze studie werden door het Waterloopkundig Laboratorium een aantal profielen van buiten dijkse verzwaring in de windgoot te Delft onderzocht en voor wat betreft de overslag van water vergeleken onder de omstandigheden, zoals die bij de storm vloeden van 23 december 1954 en 1 februari 1953 zijn voorgekomen en waarop bij een stormvloedstand van N.A.P. -)- 5,60 m moet worden gerekend. Slechts van de in de eerste plaats genoemde stormvloed waren uit golfmetingen exacte gegevens beschikbaar. 41

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1959 | | pagina 22