Het plaatsen van de betonblokken De beheerder van de waterkering de polder Walcheren heeft in overleg met de Rijkswaterstaat dan ook een plan opgemaakt, dat voorziet in het aanbrengen van een verzwaring aan de landzijde. Een voordeel van deze oplossing is, dat een groot deel van het met een basaltglooiing verdedigde buitenbeloop van de bestaande waterkering kon worden gehandhaafd, een nadeel is echter, dat enige in of direct landwaarts van de waterkering zich bevindende huizen en bedrijfspanden moesten worden afgebroken. De dijk heeft een buitenberm verkregen van 10 m breedte op het niveau van de boven genoemde stormvloedstand, opdat bij deze waterstand de grootst mogelijke redu cerende werking op de golfoploop wordt bereikt; beneden de berm is het beloop onder een helling van 1 4 met basalt bekleed. Het beloop boven de buitenberm is ont worpen onder een helling 1:3. Dit beloop is evenals de berm zelf tot N.A.P. 9,50 m verdedigd met een glooiing van betonblokken (gedeeltelijk voorzien van een golfoploopafremmende constructie) op een kleilaag van 0,80 m dikte. De kruin van de nieuwe dijk heeft een breedte van 5 m en is op N.A.P. 11 m geprojecteerd. De helling van het binnenbeloop bedraagt 1 3op een dergelijke flauwe glooiing kan een zeer goede grasmat in stand gehouden worden en is machinaal maaien mogelijk. Om het werk te kunnen uitvoeren moest in de bebouwde kom van het dorp Zoutelande een strook grond van 20 tot 30 m breed in beslag genomen worden. Op deze strook grond bevonden zich 19 huizen en bedrijfsgebouwen. Bovendien moesten nog door de gemeente Zoutelande in het dorp 15 panden worden opgeruimd, in verband met de uitvoering van werken, die een direct gevolg waren van de dijkverbetering. Tot deze werken behoorde onder meer de aanleg van een nieuw weggedeelte voor het door gaande verkeer ter vervanging van een in het werk vallend weggedeelte van de pro vinciale weg van Middelburg naar Westkapelle. Aangezien de ontruiming van de huizen zeer veel tijd heeft gekost vervangende huizen waren veelal niet beschikbaar en moesten eerst worden gebouwd heeft de beheerder van de zeewering de uitvoering van het werk in twee gedeelten gesplitst. Het zuidelijke deel, lang 375 m, aanbesteed in 1955, kon onafhankelijk van de ont ruiming van de huizen worden uitgevoerd. De verbetering van het resterende 525 m lange dijkvak kon eerst in juli 1958 worden aanbesteed. Dit werk kwam voor het grootste gedeelte nog voor het stormseizoen 19581959 gereed en is inmiddels geheel voltooid en opgeleverd. De totale kosten van het werk hebben met inbegrip van de aankoopkosten van de gesloopte huizen, een bedrag belopen van ruim f 2 000 000,In dit bedrag is onder meer begrepen het verwerken van 52 000 m3 zand het voor de uitvoering van het werk benodigde zand is afkomstig van de aangrenzende duinen het aanvoeren en verwerken van 32 000 m2 klei en het leveren en aanbrengen van 10 000 m2 basalt glooiing en 19 000 m3 glooiing van betonblokken. Zowel de polder Walcheren als de gemeente Zoutelande hebben een rijksbijdrage ontvangen in de kosten van uitvoering van de boven beschreven werken. 47

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1960 | | pagina 25