wezige langskracht met een schok op de uit Z-draad bestaande buitenmantel overge dragen. Deze laatste werd nu overbelast en knapte af, waarbij ook nog kerfwerking en buiging zeer waarschijnlijk een rol zullen hebben gespeeld. Toen de buitenmantel eenmaal was afgescheurd, werd deze verder opgestroopt achter de klem en kon ook de kern de totale weer met een schok aangrijpende belasting niet meer dragen, zodat deze uit de kabel werd losgescheurd en de breuk volledig was. Uiteraard heeft dit gehele proces met alle nevenverschijnselen zich in nauwelijks een seconde voltrokken. Dat het zich inderdaad op deze wijze heeft afgespeeld kon worden afgeleid uit de vorm en de plaats van de breuk, uit de inspectie van de klem en de daarin resterende stukken kabel en uit het materiaalonderzoek van de over elkaar geschoven en gebroken draden. Daarbij is onder andere gebleken, dat het materiaal van de Z-draden aan de grensvlakken door de grote warmteontwikkeling tijdens de slip glashard en daar door bros was geworden. Nagegaan is of tussen de draden van de buitenmantel ook te weinig speling aanwezig 293

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1963 | | pagina 19