De werking van de automoteur
Onafhankelijk van de moeilijkheden bij het spannen van een der kabels voor de kabel
baan over de Grevelingen vindt de produktie van de andere onderdelen voortgang. Zo is
een aantal automoteurs op de bouwplaats aangevoerd. Hierdoor ontstond de mogelijkheid
het personeel, dat t.z.t. met de bediening zal worden belast, te doen oefenen, zij het voor
lopig nog slechts op het baanvak, dat gevormd wordt door vaste rail. Voor het inwerken
van de bestuurders van deze gondels is nl. geruime tijd nodig, in verband met de tamelijk
gecompliceerde inrichting.
In nr. 24 van deze berichten zijn reeds enige gegevens verschaft betreffende doel en ge
bruik van de automoteurs. De bediening moet nogal veelzijdig zijn; de 300 pk dieselmotor
dient nl. zowel voor het rijden van de gehele wagen als voor het gelijkstandig heffen en
laten zakken van het kettingnet, maar bovendien ook voor het over de randbalk lossen van
het stortmateriaal.
Op bijgaande tekeningen is het principe van deze bewegingen aangegeven.
Voortbeweging
De voortbeweging van de automoteur geschiedt door het aandrijven door middel van
tandwielkasten, assen, differentiëlen e.d. van alle 16 loopwielen.
De max. te bereiken snelheid is ong. 9 m/sec. Door de achter de motor aangebrachte hy
draulische koppelomvormer kan een zoveel mogelijk automatisch bedrijf worden ver
zekerd.
De op de tekening aangegeven 'tegenwielen' dienen om bij sterk hellende gedeelten van
de .kabel de adhesie te vergroten; hiertoe kunnen zij met oliedruk tegen de kabel worden
gespannen. Behalve elektrische (Foucault) en mechanische remmen op de assen van het
bewegingswerk is tevens nog een 'railrem' aangebracht, die door vastklemmen van de
kabel met behulp van tapse drukstukken als parkeer- en noodrem kan worden gebruikt.
Bediening kettingnet
Ten behoeve van het heffen en laten zakken van het kettingnet zijn boven in de cabine vier
trommels aangebracht die eveneens door de dieselmotor worden aangedreven.
297