materiaal met inbegrip van de holle ruimten tot die van het enkele materiaal. Visuele waarnemingen op de verschillende delen van de terp deden onderstellen dat bij gebruik van zandzakken op een uitlevering van 110 procent en bij gebruik van zakken met ge stabiliseerd zand op een uitlevering van 120 procent gerekend kan worden. Deze waar neming en de geconstateerde taludhelling leidden tot het inzicht, dat beide stortmaterialen in prijs nagenoeg overeengekomen. Het gedrag van ieder der materialen bij toepassing in het nog te bouwen gedeelte van de dam, waarbij een sterker wordende overtrekkende stroom zal optreden, zal tot een slotsom over de uiteindelijke keus leiden. De zandasfaltkluiten vormen in het water van de Grevelingen een, zij het gelaagde, monoliet. De stroombestendigheid van de hiermede gevormde dam is afhankelijk van het basismateriaal. Door afzonderlijk uit te voeren proeven, opgezet met medewerking van het Rijkswegen- bouwlaboratorium, zal getracht worden omtrent de stroombestendigheid van de kluiten duidelijke gegevens te krijgen. Tevens zal de invloed van het asfaltpercentage op de houd baarheid van het zandasfalt worden onderzocht. Het Waterloopkundig Laboratorium heeft een onderzoek ingesteld naar de stabiliteit der verpakte eenheden bij omstandigheden en stroomsnelheden, zoals die bij het sluiten van de Grevelingendam zullen optreden. Geconstateerd werd, dat de stabiliteit toeneemt bij grotere vormvastheid. Een stijf blok is beter, dan een slappe zak. Vergeleken met de in de Grevelingen te gebruiken stortsteen (gradatie 10-300 kg, gemid deld stukgewicht 135 kg) heeft een normale slappe zandzak met een stukgewicht van 2,5 ton eenzelfde stroomresistentie. Een stijf blok van 2,5 ton (spanzand) heeft een iets grotere weerstand tegen de stroom. 309

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1963 | | pagina 35