C. De werken ten noorden van Hoek van Holland Verhoging van een gedeelte van de havendijk langs de rijkshaven het Nieuwediep te den Helder Ten behoeve van de veerdienst den Helder-Texel van de n.v. Teso wordt aan het noorde lijke einde van de rijkszeehaven Het Nieuwediep in den Helder een nieuwe veerfuik met opstelterreinen en aan- en afvoerwegen gemaakt. Het gedeelte van de havendijk langs Het Nieuwediep tussen de afsluitdam naar fort Harssens en de aansluiting aan de Hoofdgracht wordt verhoogd. Een deel van deze ver hoging krijgt een kerende hoogte van N.A.P. 6 m en het overige deel wordt slechts tot een hoogte van N.A.P. 5,50 m aangeaard, aangezien daar met een kleinere golfoploop mag worden gerekend. Deze hoogten zijn gebaseerd op de door de Deltacommissie vast gestelde norm voor een super-stormvloedstand, vermeerderd met een bedrag voor golf oploop en met de geschatte bodemdaling. De tegenwoordige hoogte is N.A.P. 3 m. Langs de weg over de havendijk komt aan de waterkant een spatmuurtje om geringe golf beweging te keren. De verhoogde havendijk zal aan de zuidkant aansluiten op de afsluit dam naar fort Harssens. Deze dam maakt geen deel uit van de hoofdwaterkering. Hij blijft voorshands op de oude hoogte van de havendijk. Bij de Hoofdgracht, aan de noordzijde, zal een verbinding tussen de nieuwe havendijk en de in een later stadium te verhogen Helderse zeewering worden gemaakt. De plaats van de aan de havenzijde grenzende damwand en het vereiste verloop van de toe- en afvoerwegen op ongeveer N.A.P. 3 m waren bepalend voor de ligging van de teen van het buitentalud. Een meer oostelijke ligging van genoemde damwand was zowel met het oog op behoud van een goede mogelijkheid voor aanleggen van de boot met zijlading als voor de rust in de haven niet toelaatbaar. De geringe ruimte maakt het opzetten van het buitentalud onder een helling van 1 op 1| noodzakelijk. Met het oog hierop worden in dit geval basaltzuilen van een halve meter lengte toegepast. De voegen der zuilen worden met gietasfalt gedicht. Aangezien klei van goede kwaliteit moeilijk te krijgen is, werd dit materiaal aan de buitenkant zoveel mogelijk vervangen door zandasfalt. Over het zandasfalt van het bin- nentalud komt een laag klei, omdat hier een begroeiing met gras om esthetische redenen gewenst is. Voor het verharden van de weg is een bitumineuze fundering toegepast. Voor zover mogelijk is de bekleding van de dijk waterdicht. Alle verhardingen, behalve het westelijk trottoir, wateren naar de landzijde aT. De riolering kon derhalve nabij de binnenkruinlijn worden aangebracht. Dit was noodzakelijk, omdat de nabijgelegen marine- tuin het aanleggen van riolering buiten de dijk onmogelijk maakte. 368

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1964 | | pagina 38