Enkele opmerkingen over de voorbereiding van de afsluiting van de Oosterschelde Overeenkomstig het advies dat de Deltacommissie in haar eindrapport gaf, zal de afdamming van de Oosterschelde (waardoor een groot gebied tegen hoge stormvloeden beveiligd zal zijn) de laatste der grote afsluitingen van het Deltaplan vormen. Bij deze omvangrijkste en moeilijkste afsluiting zal profijt getrokken kunnen worden van alle ken nis en ervaring die zijn opgedaan bij voorafgegane afsluitingen. Vooral de afsluitings- werken van het Brouwershavensche Gat zullen voor beraming en uitvoering van de afsluiting van de Oosterschelde van grote betekenis zijn. Onderstaand staatje, waarin enkele gegevens van een aantal belangrijke afdam(mingen zijn verzameld, geeft een eer ste indruk van de omvang van en de moeilijkheden die aan de afsluiting van de Ooster schelde zijn verbonden. Reeds in 1957 is een begin gemaakt met het vooronderzoek voor de afsluiting van de Oosterschelde; vanaf 1959 zijn de voorbereidingswerkzaamheden in toenemende mate versneld. Een groot aantal stroom- en golfmetingen, peilingen, boringen, sonderingen enz. is inmiddels verricht en programma's voor verdere onderzoekingen zijn opgesteld. Boven dien zijn hydraulische berekeningen uitgevoerd en is een aantal geologische en weer kundige studies verricht. Andere studies worden nog voortgezet, zowel over de vermelde gemiddelde van eb- geul enz. en vloedvermogen gemiddeld tij in joenen m3 bij mil- verval bij gemid deld tij in m grootste geul diepte in m Brielse Maas (1950) 12 1,75 6 Braakman (1952) 18 4,10 12,5 Kruiningen (1953) 29 4,40 10 Ouwerkerk (1953) 40 3,05 10 Schelphoek (1953) 125 2,80 10 Veersche Gat (1961) 70 3,00 14 Lauwerszee 125 2,40 14 Brouwersh. Gat 350 2,40 25 Oosterschelde 1100 2,80 40 403

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1964 | | pagina 17