dit circuitbedrijf alle achterkomende wagens opgehouden. Daarom werd ge durende deze experimentele periode maar liever heen en weer gereden op de kabels. Voor de nieuwe materialen werd daartoe alleen op de westelijke kabel gereden, en voor het grindbedrijf alleen op de oostelijke kabel. De verwerking van de verschillende mate rialen was nu niet langer onderling ge koppeld en nu kon in het grindbedrijf nog een aanzienlijke capaciteit worden be reikt, terwijl anderzijds de experimenten met het afstellen van de transportbakken en de vu I insta I latie ongehinderd kon voortgaan. Na enige weken van experi menteren met de nieuwe materialen begon het vulbedrijf bevredigend te verlopen, terwijl ook het lossen uit de kubels goed op gang kwam. Het is echter nog te vroeg om conclusies te kunnen trekken ten aan zien van het gedrag van de proefmateria- len in de sluitdam. Een belangrijk punt bij de kabelbaan aansluiting is de plaatsbepaling van de gondels, die nodig is om op de juiste plaats te kunnen storten. Hiervoor be staan twee systemen. Het eerste werkt met een lichtsignaal. Op een terp op onge veer 500 m afstand van de kabelbaan staat een lenslantaarn opgesteld. Door gekleurde voorzetglazen kan men de ka bel verdelen in een aantal verschillend gekleurde sectoren. De overgang van de ene kleur op de andere is zeer scherp en blijkt als plaatsbepalingssysteem te vol doen. Overzicht van de kabelbaan in vol bedrijf 508

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1964 | | pagina 10