Tijd en hoogte van het getij zijn sinds 10 augustus onder invloed van de dam veranderd
Peilschaalwaarnemingen
Bij de afsluiting van een gat moet het verloop van het verticaal getij ter weerszijden
van het gat nauwkeurig gevolgd worden. Wanneer namelijk deze getijden continu
worden waargenomen, kan uit de vervallen tussen de waarnemingspunten aan beide
zijden van de dam ook een overzicht worden verkregen van de stroomsnelheden over
de dam. De waterstanden zijn ook nodig om de bij peilingen gevonden diepten te
herleiden tot N.A.P. Evenals bij de sluitingen in Vrouwenpolder en Bruinisse worden de
waterstanden in de Grevelingen opgemeten met nauwkeurig gewaterpaste elektrische
peilschalen.
Het principe van deze apparatuur is als volgt. In het water staat een verticale baak,
waaraan op regelmatige afstanden van elkaar een groot aantal elektrische contactpunten
gemonteerd is. Elk contactpunt dat onder water komt schakelt een condensator in en
vergroot daardoor de capaciteit van een elektrisch trillingscircuit. Op deze manier ont
staat dus in het circuit een trilling van wisselende frequentie, afhankelijk van het aantal
contactpunten dat zich onder water bevindt. Langs een kabel dan wel langs draadloze
weg worden deze trillingen naar de ontvanger overgebracht, waar zij vertaald' worden
in waterstanden en geregistreerd op een ponsband, of als getallen op een strook papier
afgedrukt. De met deze apparatuur verkregen gegevens zijn tot op 1 a 2 cm nauwkeurig.
In verband met de scheve ligging van het Noordelijke Sluitgat ten opzichte van de
hoofdgeulen Karmer en de Bocht van St. Jacob, en de daarin optredende dwarsverhangen
zijn 4 peilschalen geplaatst. Drie daarvan geven hun gegevens radiografisch door naar
een op Flakkee ingerichte centrale ontvangpost; de vierde doet dit door middel van een
kabel. Van iedere peilschaal komt om de 5 minuten een informatie binnen op de
centrale post. Daar worden de op een rol gedrukte getallen omgewerkt tot waterstanden
ten opzichte van N.A.P. en tekent men tevens de getijkrommen. Teneinde de juiste hoogte
van de peilschalen ten opzichte van N.A.P. te kennen worden zij regelmatig gewaterpast.
Als gevolg van de damopbouw kan er tussen de peilschalen aan weerskanten van de
dam ten aanzien van L.W. reeds nu een verschil zowel in hoogte als in tijd worden
geconstateerd.
514