Overzicht van de bouw van de Volkeroksluizen liggers na werd het tweede veld van. 14 liggers geplaatst. Voorbereidingen werden gemaakt voor de afbouw van het eerste veld. Ongeveer half oktober wor den de wanden van de basculekelder ge stort tot N.A.P. 4,80 m. De voorgespannen betonpalen voor het centraal bedienings- en compressoren gebouw op het sluiseiland werden geheid. Tevens werden stalen schermwanden ge heid ter plaatse van de beneden- en mid- denhoofden. De grondaanvullingen ten behoeve van de gebouwen vorderen snel. Ontgraven van de noordelijke voorhaven en aanleg van de oostelijke oprit van de Volkeroksluizen te Willemstad In de verslagperiode kon de ontgraving van klei uit de polder Maltha worden vol tooid. In totaal werd ongeveer 150 000 m3 klei ontgraven, een overschrijding van ruim 65 000 m3 van de geraamde hoeveel heid. Bij de ontgraving bleek de aanvan kelijk als minder goede grond aangeduide laag toch nog te voldoen. De ontgraven klei is in twee gronddepots nabij het werk opgeslagen. De cutterzuiger 'Rupel' ging door met de ontgraving van de noordelijke voorhaven tot op de slappe kleilagen. Het stort, ter lengte van ongeveer 750 m, reikt vanaf de oostelijke oprit van de Volkeroksluizen tot het in de polder Maltha te maken viaduct. Een tweede stort ligt ten zuiden van de coupure voor dit viaduct en reikt tot de bandijk. Het eerste stort is inmiddels tot een hoogte van N.A.P. 7 m geperst. Bij het viaduct is een gedeelte ter lengte van 70 m reeds op hoogte en geprofileerd. Voor de rest zijn de perskaden voor het volgende stort tot N.A.P. 9,50 m reeds aangelegd. Aan het einde van de verslagperiode was het tweede stort geperst tot N.A.P. 5 m en kon het worden geprofileerd. Na septem ber 1964 resteert nog het doorpersen van de Oude Heiningsche Haven bij fort de Hel tot aan de bandijk, waarna het werk geheel geprofileerd kan worden en be kleed met klei. Het eerste gedeelte van de zuidelijke voor haven van de Volkeroksluizen te Willem stad In september kon worden begonnen met 547

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1964 | | pagina 49