Oostelijk dijkvak van de afsluiting van de Lauwerszee, stand op 12 september 1964 De zanddijk verkrijgt een kruinbreedte van 25 tot 30 meter bij een minimum hoog te van N.A.P. 7 m met belopen aan buiten- en binnenzijde onder een helling van 1 20, respectievelijk 1:10. Dwars- en lengteprofiel zullen overigens zodanig worden bewerkt dat ze meer het aanzien van een natuurlijke duinformatie krijgen. Door de aanleg van deze zanddijk wordt de zogenaamde Westerkwelder ingepol derd, doch het ligt niet in het voornemen hier tot ontginning over te gaan. Overi gens laat het zich aanzien, dat aan de zeezijde van de zanddijk nieuwe aanwas zal ontstaan. De voor de zanddijk benodigde hoeveel heid zand van 400 000 m3 wordt recht streeks in het werk geperst vanuit het Wad op een afstand van tenminste 400 m uit de teen van de dijk. Het verhogen van de laaggelegen plaatsen in de duinregel aan de noordzijde van de polder ge schiedt deels met behulp van bulldozers, deels door zand per as aan te voeren uit een te maken duinmeertje. Ook hierbij wordt gestreefd naar behoud van een zo natuurlijk mogelijk duingebied. Het gehele werk moet in 1964 zijn vol tooid. D. De werken tot indijking van de Lauwerszee Het dijkvak dat aansluit op de Gronin ger kust is vrijwel gereed gekomen. In de komende maanden moeten de toegangs weg door de Westpolder, met een lengte van 500 m, en de kleibekleding op dit dijk vak nog worden gemaakt. Van de in totaal 13,5 km te maken afsluitdijk zijn nu de volgende gedeelten gereed: dijkvak aansluitend aan de Gro ninger kust3,1 km dijkvak ten oosten van het werk- eiland1,5. km werkeiland1,1 km in totaal dus 5,7 km De vloeren van de drie uitwaterings sluizen zijn gereed gekomen. Het maken van de pijlers en de zijwanden van de stroomkokers is in volle gang. 551

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1964 | | pagina 53