3 3 Extra heflast van een inwendig door ijs afge sloten schuif dikke afsluitende ijslaag kunnen vormen. De dikte ervan kan berekend worden als onder meer het verloop van de luchttemperatuur in de schuif bekend is. Dergelijke berekeningen hebben aangetoond dat na een zeer langdurige, strenge vorstperiode de ijsdikte wel 40 tot 50 cm zal kunnen bedragen. De juistheid van deze berekeningen kon worden ge verifieerd aan de hand van een onderzoek bij de Technisch Physische Dienst van het T.N.O. en de Technische Hogeschool te Delft. Dit onderzoek omvatte een serie proeven met een model van een deel van een schuif in een waterbassin dat stond opgesteld in een vriesruimte. Wordt de schuif met de afsluitende ijslaag geheven, dan kan er onder de ijslaag geen lucht toetreden, het water kan niet uitstromen en moet dus mede geheven worden. Be rekeningen hebben uitgewezen, dat de onder het ijs gevormde onderdruk het ijs doet breken voordat de schuif geheel boven water is zolang de ijsdikte minder bedraagt dan ongeveer 20 cm. Bij grotere dikte blijft het ijs heel. In dat geval bedraagt de extra belasting van de hefwerktuigen maximaal 350 ton per schuif. Hierbij komt nog een bedrag van maximaal 100 ton voor op en in de schuif gevormd ijs, zodat de totale extra last per schuif 35

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1965 | | pagina 37