In 1953 werd ons land getroffen door de overstromingsramp, die aanleiding gaf tot de
vaststelling van het thans in uitvoering zijnde Deltaplan; met het van kracht worden van
de Deltawet in 1958 verkreeg dit plan zijn wettelijke grondslag. Onder de nieuwe omstan
digheden was een herziening van het eerder opgestelde plan voor de Biesbosch nood
zakelijk geworden. Het leek daarbij beter niet tot verdere hoogwatervrije bedijkingen
langs de benedenmond van de Maas over te gaan, alvorens met de afsluiting van het
Volkerak en het Haringvliet het gevaar voor overstroming in het gehele noordelijke
Deltagebied belangrijk zou zijn verminderd. Deze afsluitingen zouden daarentegen zo
danige veranderingen in de waterloopkundige toestand teweegbrengen, dat men in de
Biesbosch heel wat voorzieningen zou moeten treffen om het gebied aan de nieuwe situatie
aan te passen.
De aanpassing van de Biesbosch werd in 1962 in behandeling genomen door de Werk
groep inzake Aanpassingswerken in Noord-Brabant, die onder leiding staat van het hoofd
van de afdeling Waterhuishouding c.a. van de Deltadienst en waarin zijn vertegen
woordigd de Rijkswaterstaat, de Provinciale Waterstaat van Noord-Brabant, de Cultuur
technische Dienst en het Staatsbosbeheer (dienstvakken Natuurbescherming en Land
schapsverzorging); de taak van deze werkgroep is het bevorderen van het tijdig gereed-
175
