1. Plaatselijke slijtage van een draad uit de bui- tenlaag van de kabel. Links een dwarsdoorsnede van de oorspronkelijke draad, rechts van de ge sleten draad 3. Detail van de breuk in een proefstuk van de tweede kabel 2. Trekproef op de volledige kabel. Foto genomen onmiddellijk na de breuk de kabelbaan in het Haringvliet vanuit dit oogpunt de voorkeur boven toepassing in het Volkerak. Een tweede belangrijk argument voor toepassing van de kabelbaan in het Haringvliet is van uitvoeringstechnische aard. De tijd die bij een geleidelijke sluiting nodig is voor het gereedmaken van het sluitgat en in het bijzonder van de drempel, is aanzienlijk korter dan bij een caissonsluiting. De tijdschema's der werkzaamheden die nog moeten worden verricht voor men tot sluiting kan overgaan, geven aan dat in het Haringvliet naar verhouding minder tijd beschikbaar zal zijn voor het opbouwen van een sluitgat drempel. Ook om deze reden leek het raadzaam de kabelbaan in het Haringvliet toe te passen. Demontage van de kabelbaan Nadat voorbereidende maatregelen waren getroffen is de spanning van de kabels boven de Grevelingendam afgelaten, waarbij men de werkzaamheden in tegenovergestelde volgorde deed verlopen als bij het op spanning brengen in 1964 (Driemaandelijks Bericht nr. 29, augustus 1964). Van elke kabel werd de trekkracht eerst teruggebracht van 300 tot 200 ton. Daartoe werd het contragewicht in zo hoog mogelijke stand gebracht door er een hoeveelheid ballast uit te verwijderen. Tussen de inmiddels aan de noordzijde aangebrachte kabelklem en het vaste verankeringsblok werd wederom een zware takel aangebracht, en een lier opgesteld met behulp waarvan de kabel werd gevierd. Toen de spanning was verlaagd tot 200 ton werd een etmaal gewacht om de kabels gelegenheid te geven zich ook inwendig te ontspannen. Toen 80 ton spanning was bereikt werd voor hetzelfde doel wederom 24 uur gewacht. Tenslotte werden de kabels op provisorische ondersteuningen neergelaten, aan de zuidzijde afgesneden en onder een permanente spanning van vijf ton op de haspel gewonden waarop zij indertijd ook waren aangevoerd. Van de staalcontructies is de zuidelijke pyloon reeds gedemon teerd omdat deze de wegaanleg over de Grevelingendam ter plaatse hindert. De rest van de staalcontructies zal spoedig volgen. De onderdelen zullen worden ontroest om vervolgens nabij Hellevoetsluis opnieuw te worden gemonteerd. De railbaan aan de zuidzijde blijft voorlopig intact, zodat de gereviseerde gondels erop kunnen proefrijden. 294

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1966 | | pagina 16