Golfmetingen in de mond van het Haringvliet ten behoeve van het morfologisch onderzoek van de bodem De afsluiting van het Haringvliet en de uitbouw van de havenhoofden van de Europoort zullen de getijstromen zeewaarts van de uitwateringssluizen wijzigen. In algemene zin komt de verandering hierop neer, dat de stromen zullen afnemen, omdat de uitwaterings sluizen gedurende de helft van de tijd geheel dicht zullen zijn. Slechts tijdens de eb zal worden geloosd. Bij vloed zal alleen de kom westwaarts van de sluizen gevuld worden, met ca. 30 000 000 m3 water, terwijl het getijvolume van het nog niet afgesloten Haring vliet 240 000 000 m3 bedraagt. Deze vermindering zal niet zonder gevolgen blijven voor de bodemfiguratie. In de ruime geulen zullen de snelheden na de voltooiing van de afsluiting zodanig verminderen, dat alleen de golfbeweging nog zandtransport zal teweegbrengen; daardoor zullen in de mond zandbanken ontstaan, waardoor het doorstroomprofiel in belangrijke mate zal worden vernauwd. De bodem zal weer enigszins tot rust komen nadat een nieuwe evenwichtstoestand tussen de getijstromen en de golven zal zijn ingetreden. Dan immers zal ook de aanvoer van het zand door de golfbeweging in evenwicht komen met de afvoeren door de sluizen in het Haringvliet, gecombineerd met de kombergingsstromen. Tot zolang zal vooral de golfbeweging een overheersende invloed hebben op de bodem veranderingen in de relatief ondiepe onderwaterdelta van het Haringvliet. De omvang van de te verwachten veranderingen kan onder andere worden geschat aan de hand van de veranderingen die na de afsluiting in 1951 voor de mond van de Brielse Maas optraden (Driemaandelijks Bericht nr. 20, mei 1962). Het is van groot belang de toekomstige veranderingen nu reeds te kunnen bepalen, ten einde eventuele ongunstige ontwikkelingen, met name ongewenste oevererosie of sedi mentatie, te lokaliseren, zodat er volgens nadere studies maatregelen tegen genomen kunnen worden. In dit artikel zal het golfonderzoek, op zichzelf slechts een deel van het waterloopkundig onderzoek dat de gestelde vragen moet beantwoorden, nader worden belicht. Invloed van de golven op de bodem De bodemligging wordt in een gebied waar golven een dominerende invloed hebben, bepaald door de twee voornaamste eigenschappen van de golfbeweging: het massa- watertransport en de refractie. 303

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1966 | | pagina 25