De elektrische stappenbaak, hoewel in principe een golfmeetinstrument, is bij rustig
weer met geringe golfbeweging en bij registratie op schaal 1 125 tevens als registrerende
getijmeter te gebruiken. Voor lodingen in het kustgebied wordt van deze mogelijkheid
dan ook een dankbaar gebruik gemaakt.
Zoals hiervoor gezegd, zijn de golfmeetpalen tevens uitgerust met een golfamplitude-
schrijver en een getijschrijver.
Tevens is aan deze golfmeetpalen een blauwe, geëmailleerde peilschaal aangebracht.
Het op deze peilschaal aangebrachte N.A.P. komt niet overeen met het werkelijke N.A.P.-
peil.
Na overbrenging van het N.A.P.-peil is de correctie bekend, die op de aflezing van het
N.A.P. van de blauwe peilschaal moet worden toegepast. De overbrenging van het
N.A.P.-peil op de getijregistratie vindt als volgt plaats. Bij rustig weer wordt tijdens
kentering de waterstand t.o.v. N.A.P. aan de blauwe peilschaal afgelezen en na bij
telling van genoemde correctie bijgeschreven op de momentane registratie van de
getijschrijver, die overigens nauwkeurig op schaal registreert.
Meetprogramma
De golfmetingen met de elektrische stappenbaak vinden plaats volgens een programma
dat is afgestemd op het hiervoor beschreven onderzoek. Men wil voor dit onderzoek na
verloop van ongeveer twee jaar van elk meetpunt golfregistraties ter beschikking hebben
die bij onderscheiden omstandigheden zijn verkregen. Deze omstandigheden worden be
paald door windsnelheid, windduur, waterstand ten opzichte van N.A.P. en stromings
richting van het water.
Voor de uitvoering van het meetprogramma is de volgende indeling gemaakt:
windrichtingen N., N.O., O., Z.O., Z., Z.W., W. en N.W.;
windsnelheden 0-5 m/sec, 5-10 m/sec, 10-15 m/sec, 15-20 m/sec en >20 m/sec.
Deze indeling naar windrichting en -snelheid levert alleen reeds 40 combinaties op.
Er wordt naar gestreefd om voor elke combinatie tenminste 50 golfregistraties te ver
krijgen, hetgeen gezien de korte beschikbare meetperiode van twee jaar voor de hoogste
windsnelheden niet wel haalbaar is.
Bij elke groep van registraties wordt er zorg voor gedragen dat de golfregistratie plaats
vindt tijdens verschillende fasen van het getij, zodat binnen elke groep tevens een ruime
variatie in waterstand en stromingsrichting van het water voorkomt.
Voor de bepaling van de tijdstippen van meting gedurende verschillende fasen van het
getij wordt gebruik gemaakt van de getijtafel en van gegevens omtrent de verwachte
op- en afwaaiing, zoals deze worden verstrekt door het K.N.M.I.-station voor het Delta
gebied te Zierikzee.
Zijn de weersomstandigheden van dien aard dat het wenselijk is om te meten, dan wordt
de registratie-apparatuur te Hellevoetsluis zo ingesteld, dat automatisch om de twee uur
gedurende een half uur wordt geregistreerd, dus bijvoorbeeld van 10.00 uur - 10.30 uur,
van 12.00 uur - 12.30 uur, enz. Hierbij wordt met alle beschikbare elektrische stappen
baken gelijktijdig gemeten.
Indien de omstandigheden, bijvoorbeeld storm, bijzonder hoge of lage waterstanden of
het feit dat men tegelijkertijd luchtopnamen maakt, daartoe aanleiding geven worden
de golfhoogten simultaan gedurende enige uren achtereen continu geregistreerd.
Met de golfamplitudeschrijver wordt zo goed mogelijk continu gemeten. Continu wil echter
niet zeggen dat de golfbeweging doorlopend wordt geregistreerd, daar van elke 300 m
312
