De functie van de Haringvlietsluizen
De dam door het Haringvliet zal, evenals de andere grote sluitdammen in het Delta
gebied, in de allereerste plaats het binnendringen van stormvloeden in de beneden
rivieren moeten tegengaan. Omdat het Haringvliet echter de hoofdafvoerweg naar zee
moet blijven vormen voor het opperwater van onze grote rivieren, dient in deze dam
een uitwateringssluis te worden opgenomen.
In voorgaande artikelen in het Driemaandelijks Bericht is reeds geschreven over de
belangrijke betekenis die dit kunstwerk zal hebben voor de zoetwaterhuishouding van
ons land.
Nederland is voor de aanvoer van water in hoofdzaak aangewezen op de Rijn en de
Maas. Van dit rivierwater wordt thans slechts een klein gedeelte gebruikt voor huis
houdelijke, industriële en agrarische doeleinden. Niet dat de rest in zee stroomt, zonder
ons land een dienst te hebben bewezen: er is een grote hoeveelheid rivierwater vereist
om de verzilting in het kustgebied te bestrijden. Ondanks de betrekkelijk grote afvoer
langs de Rotterdamsche Waterweg is de zeeinvloed in de loop van de tijd steeds verder
landinwaarts gedrongen, zodat het rivierwater op verschillende plaatsen ongeschikt
werd voor industrie, landbouw en huishouding. Ook na de voltooiing van de Delta
werken zal een grote hoeveelheid rivierwater nodig zijn om de zee-invloed in de be
nedenrivieren die nog steeds toeneemt binnen aanvaardbare grenzen te houden.
Bovendien moet rekening worden gehouden met een toeneming van de behoefte aan
rivierwater voor allerlei doeleinden.
Op het ogenblik wordt meer rivierwater langs het Haringvliet naar zee afgevoerd dan
langs de Rotterdamsche Waterweg. Na de voltooiing van de afsluiting van het Haring
vliet behoeft bij kleine afvoeren van de rivieren niet meer water langs het Haringvliet
naar zee te worden afgevoerd dan met het oog op de zoutbestrijding op het Haringvliet
nodig is, zodat dan in beginsel een groter deel van de rivierafvoer aan andere doelen
dienstbaar kan worden gemaakt.
Na het gereedkomen van de kanalisatie van de Nederrijn-Lek, waardoor de afvoer van
de Lek bij kleine Rijnafvoeren zal worden verminderd ten gunste van de afvoer langs de
Geldersche IJssel, zal voorts met behulp van de Haringvlietsluizen de afvoer van de Oude
Maas en de Noord worden vergroot. Door deze manoeuvre, en ook door voeding via het
Betuwepand van het Amsterdam-Rijnkanaal, wordt de invloed van de geringere Lek-
afvoer gecompenseerd.
339