B. De werken langs de Westerschelde en de kust van Zeeuwsch-Viaanderen en Walcheren Versterking van de hoogwaterkering van de Nieuw-Neuzenpolder Tussen de Braakmanskreek en Terneuzen aan de Westerschelde ligt de calamiteuze Nieuw-Neuzenpolder, vroeger een geheel agrarisch gebied, maar van industrieel belang geworden door de vestiging in 1963 van een chemische fabriek van het Dow Chemical concern, dat zijn emplacementen daar nog steeds uitbreidt. De versterking van de gehele hoogwaterkering van deze polder heeft de eerste urgentie gekregen. De bestaande dijk heeft een kruinhoogte tussen N.A.P. T- 5,40 m en N.A.P. 6,50 m; slechts ter plaatse van de dijkdoorbraak van 1953 ligt de kruin op N.A.P. 7,40 m; hij loopt van de aansluiting op de zeedijk van de Braakmanpolder over een lengte van 4200 m naar een punt waar hij zal aansluiten op de nog aan te leggen Westhavendijk van de zeevaarthaven te Ter- neuzen. Het buitenbeloop en het verdedigde onderwaterbeloop van de dijk hebben een helling van ongeveer 1 3 en het binnenbeloop een helling die varieert tussen 1 1| en 1 2. De buitenberm, op een hoogte van N.A.P. 3,30 m, heeft breedten tussen 7 en 13 m. Achter het oostelijk deel van de zeedijk ligt sinds 1869 een inlaagdijk. De gehele vooroever is aaneengesloten verdedigd, als verweer tegen in het verleden veelvuldig op getreden oever- en dijkvallen. Er is vrijwel nergens voorland aanwezig. De nieuwe dijk De versterking wordt uitgevoerd als een verzwaring en verhoging aan de landzijde van de bestaande dijk. Op een enkele bochtverbetering na wordt dan ook over de gehele lengte van het werk het tracé van de oude zeedijk gevolgd. Met behulp van duikers werd een onderzoek ingesteld naar de toestand van de oeververdediging onder water. Het resultaat was bevredigend. Ook uit peilingen van de vooroever van de laatste tien tallen jaren bleek geen noemenswaardige verandering van het profiel, zodat besloten kon worden de inlaagdijk af te graven en met de uitkomende specie, voorzover bruik baar, het zand'lichaam van de nieuwe dijk te bekleden. De kruinhoogte van de nieuwe hoogwaterkering zal niet op alle plaatsen dezelfde zijn; afhankelijk van de ligging van de dijk ten opzichte van de overheersende windrichting varieert ze van N.A.P. 8 m tot N.A.P. 9,75 m. De kruinbreedte wordt 2,50 m. Uitgaande van een stormvloedstand ter plaatse van N.A.P. 5,80 m trekt men het bestaande waterbeloop van N.A.P. 3,40 m onder een helling van 1 4 tot deze hoogte 481

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1967 | | pagina 35