Het dok voor de bouw van doorlaatcaissons bij Nieuw Bommenede In het vorige nummer van het Driemaandelijks Bericht werd de keuze gemotiveerd van de afsluitmethoden voor de twee stroomgeulen in het Brouwershavensche Gat. Voor de afsluiting van de 1000 m brede noordelijke stroomgeul de Kous is de keuze gevallen op het gebruik van doorlaatcaissons; de twintig benodigde caissons zullen in de buurt van het sluitgat in een bouwdok moeten worden gebouwd. Uit een ingesteld vooronderzoek is gebleken dat het voordeel biedt deze caissons niet alleen in serie te bouwen, doch ook in één enkel groot dok dat alle caissons kan be vatten in plaats van in een kleiner dok waarin telkens slechts een deel van het benodigde aantal kan worden vervaardigd. De mogelijkheid werd onderzocht de bouw van de caissons voor het Brouwershavensche Gat te combineren met de bouw van die voor de afsluiting van het Volkerak. Het kosten voordeel daarvan bleek echter gering, zodat het niet opwoog tegen de nadelen. Het koppelen van twee verschillende afsluitingswerken levert een aantal coördinatieproble men op, terwijl vanuit een gezamenlijk bouwdok tussen Brouwershavensche Gat en Vol kerak ook over een groter stuk open water met de caissons zou moeten worden gesleept. De vaarafstand en de aard van de te volgen vaarroute zijn dus mede bepalend geweest voor de keuze van de plaats van het te maken bouwdok. Het bouwdok moest verder worden aangelegd op een ondergrond die door zijn samen stelling geschikt is om er doorlaatcaissons van grote afmetingen op te bouwen; het moest langs of zeer dichtbij diep vaarwater liggen, maar ook over land goed bereikbaar zijn voor de aanvoer van materialen. Er is gezocht naar een terrein met zo weinig mogelijk bebouwing in de onmiddellijke omgeving, dat groot genoeg was voor een bouwdok waarin alle caissons in één keer op stapel konden worden gezet. Rekening houdend met al deze eisen kwam men tot de slotsom dat het buitendijkse ge bied langs de zeedijken van de polders Nieuw Bommenede en Nieuw Nataarpolder, oostelijk van Brouwershaven op Schouwen en Duiveland, de meest aangewezen plaats zou zijn voor het bouwdok. De grootte van het bouwdok wordt bepaald door het aantal en de afmetingen van de erin te bouwen caissons. Daarnaast moet dan ook nog vol doende ruimte zijn voor opslag van het bij de bouw te gebruiken materieel, zoals traver sen en kranen, en later ruimte voor de sleepboten die de caissons uit het dok moeten wegslepen. De diepte van de put dient zodanig te worden gekozen dat voldoende ruimte aanwezig is tussen de bovenkant van de putvloer en de onderkant van de caissonbodems om de caissons na voltooiing in drijvende toestand uit het dok weg te slepen. 478

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1967 | | pagina 32