Bij een caissonsluiting biedt het toepassen van een filterconstructie in een drempel in verband met mogelijke onderloopsheid zekere voordelen boven het klassieke zinkstuk. De asfaltmastiekmat Astaltmastiek is een warm mengsel van zand, vulstof en bitumen. Ervaringen met dit type bodembescherming in de Grevelingen opgedaan, wettigen de verwachting dat met deze methode een aan hoge eisen beantwoordende bodembescherming kan worden ver kregen. Een asfaltmastiekmat wordt met een speciaal daarvoor geconstrueerde stortpijp op de zandbodem aangebracht in stroken van bijvoorbeeld 5 m. Door de stroken overlappend te leggen wordt een geheel gesloten bodemverdediging verkregen, indien men er in slaagt de uitstroming van de asfaltmastiek ononderbroken te doen plaatsvinden. De materiaaleigenschappen en verwerkingsmogelijkheden van asfaltmastiek onder water zijn bekend; op grond van theoretische beschouwingen kan voor een asfaltmastiekmat de benodigde laagdikte worden berekend en kunnen uitspraken over het te verwachten gedrag bij ontgrondingen worden gedaan. Een asfaltmastiekmat mag niet door onder de mat optredende overdrukken worden op gelicht; daar het volumegewicht onder water ongeveer gelijk is aan 1, moet de mat dus een dikte hebben die tenminste gelijk is aan de waterhoogte waarin men deze overdruk kan uitdrukken. Indien de benodigde mastieklaag in verband hiermee te dik en te duur wordt, kan het aanbeveling verdienen op een andere wijze, bijvoorbeeld door een steenbestorting op de mat, de overdruk op de onderzijde van de mat te compenseren. Men spreekt dan van een verzwaarde mastiekmat. Een gladde asfaltmastiekmat geeft in het algemeen aanleiding tot grotere ontgrondin gen en een steilere aanzethelling van het bovenstroomse talud van de ontgrondings- kuil. Een asfaltmastiekmat moet in het algemeen dan ook niet worden aangewend langs de randen van het bezinkveld. Voor een algemene behandeling van deze kwestie wordt verwezen naar het artikel 'Ontgrondingen in Sluitgaten', Driemaandelijks Bericht nr. 38 (november 1966). Indien men besluit bij de grote sluitgaten op grote schaal van deze vorm van bodem bescherming gebruik te maken, verdient het aanbeveling een daartoe speciaal ingericht en uitgerust asfaltschip te doen bouwen, waarmee een grote produktiecapaciteit kan worden verkregen, zodat een rendabele en uit technisch oogpunt verantwoorde uit voeringswijze mogelijk wordt. Toepasbaarheid onder verschillende omstandigheden Met de opmerking dat de drie beschreven types van bodembescherming 'geschikt' zijn, is eigenlijk nog niet veel gezegd. In de praktijk is men pas gebaat bij een antwoord op de meer concrete vraag: hoe geschikt is die bodemverdediging onder die en die om standigheden? De commissie heeft haar vergelijkend oordeel daar dan ook op ge baseerd. Bij een sluiting wordt het stroombeeld in de eerste fase van de uitvoering bepaald door de drempelopbouw. De grootste gemiddelde snelheid op de drempel bedraagt dan ongeveer 2,5 m/sec. In de tweede fase van de sluiting kunnen de snelheden oplopen tot een grootste gemiddelde over het hele profiel van 5 m/sec. Het is mogelijk een rijshouten zinkstuk, en met name de steenbestorting erop, op deze stroomaanval te dimensioneren. 514

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1967 | | pagina 12