Het tweede gedeelte van de zuidelijke :orhaven het vorige Bericht werd meegedeeld, cat het werk niet binnen de gestelde ter- ijn kon worden opgeleverd omdat de oeveelheden baggerwerk in de voorha ns en de scheepvaartgeul ten gevolge in belangrijke aanzandingen aanzien- k groter bleken dan was geraamd. Er erd toen een hoeveelheid genoemd van 50 000 m3 in de luwte van de scherm- am. Inmiddels is de aanslibbing voor e mond van de voorhaven en in de iheepvaartgeul klaarblijkelijk in een oog tempo voortgegaan, want op 1 sep- amber jl. voorzag men dat nog 65 000 i3 slib en 330 000 m3 zand uit de geul oest worden verwijderd. i het begin van september zijn daartoe baggermolens, te weten de 'Holland 3' n de 'Holland 15' beide met 450 I mmerinhoud voor deze werkzaam- eden aangevoerd. ")e overige werkzaamheden beperken ch tot nog enig zetwerk van basalt en rondwerk voor het egaliseren en af- verken van terreinen en belopen. Deze ,/erkzaamheden komen binnenkort ge- eed. Vegen in de buitenpolder Maltha Het werk is op 1 september 1967 na een nderhoudsperiode van drie maanden oor de tweede maal opgeleverd. et damvak over de Plaat van Maltha; s stortsteendrempel en verdere voorzie ingen in het sluitgat in het Volkerak )p 22 mei van dit jaar werd met het erk begonnen. Eerst werd over een ngte van 75 m aansluitend aan het te taken damvak over de Plaat van Maltha en verdieping tot N.A.P. - 9,75 m ge- aggerd; daar moest de drempel van 9t sluitgat komen. Nog vóór de bouw- akvakantie konden aan weerzijden van de toekomstige drempel in deze put drie zinkstukken worden afgezonken, terwijl ook een aanvang werd gemaakt met het aanbrengen van de grondbezinking van het damvak. Na de bouwvakvakantie werden het baggerwerk en het zinkwerk in hoog tempo voortgezet. De bagger molen kon begin augustus voorlopig wor den afgevoerd en met het zinkwerk aan weerszijden van de drempel kwam men reeds medio augustus klaar. De aanne mer van de zinkwerken concentreerde zich daarna geheel op de grondbezin king van het damvak. Dit was temeer nodig omdat na de bouwvakvakantie ook het mijnsteenbedrijf was begonnen. Na aanvankelijke moeilijkheden in de aanvoer kwam dit bedrijf omstreeks half augustus op volle toeren, en bereikte het produkties van 15 000 ton per week. Op 15 september was reeds 100 000 ton mijn- steen in het damvak gelost. Op 15 en 16 augustus werden drie land- hoofdcaissons geplaatst in het oostelijke landhoofd van het sluitgat. Hierna kon worden begonnen met de opbouw van het drempelgedeelte, dat bestaat uit 50 cm grind van 2-5 mm, 75 cm grind van 3-20 cm en daar bovenop een steenbe- storting van steen van 80-300 kg, ter dik te van 1,50 m. Het grind werd tot nu toe met onderlos- sers geklapt; alleen de laag grind van 3-20 cm werd daarna met een bagger molen geëgaliseerd. De steen van 80- 300 kg werd met de twee op het werk aanwezige steenstorters 'Ram' en 'Steen bok' aangebracht. In de periode van 20 juli tot 8 september werd ruim 203 000 m3 zand geperst in het werkterrein achter het toekomstige wes telijke landhoofd van het sluitgat. Het zand werd gewonnen in het Hellegat door de zuiger 'IJmuiden II' en in het werk geperst door de bakkenzuiger 'An- versoise II'. Aan beide oevers van het Hellegat werden aanlegsteigers voor di rectievaartuigen gebouwd. 103

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1967 | | pagina 49