s nagegaan of als ondersteuning van de draagkabels stalen dan wel betonnen pylonen Ie voorkeur verdienen. Daarbij is gebleken dat pylonen van beton een stijvere con- tructie opleveren en bovendien goedkoper zijn dan pylonen van staal. /oor wat de twee rivierpylonen betreft is vervaardiging ter plaatse, dus op open water, ermeden en is een geprefabriceerde constructie in voorgespannen beton ontworpen. Ike toren bestaat uit een voetconstructie en een opgaande schacht met uitwendige afme- ingen van 4,00 bij 2,50 m en een wanddikte van 0,40 m. De totale hoogte is 25 m en het gewicht per stuk bedraagt 460 ton. De beide torens zijn de afgelopen winter op een werk- errein van de Oosterschelde Combinatie te Kats vervaardigd en begin mei met een spe- :iaIe bak naar het Brouwershavensche Gat vervoerd. Deze bak, die ook is gebruikt voor iet transport van de putten voor de Zeelandbrug thans de officiële naam van de brug over de Oosterschelde - bestaat uit twee gekoppelde pontons waar een toren tussen kan iggen. Met behulp van de drijvende bok Ir. J. G. Snip zijn de torens gekanteld. Om dit mogelijk te maken zijn zij aan de boven- en onderzijde voorzien van draaipunten. 4a het kantelen werd de palenbak weggevaren en de toren neergelaten op 8 vijzels, die opgesteld stonden op de reeds in 1967 vervaardigde onderbouw. Door middel van de vijzels konden kleine correcties in de stand worden aangebracht. Vervolgens werden de speciaal hiervoor aanwezige ruimten in de voetconstructie voorzien van spanstaven en nadat de voet met beton was gevuld kon de toren op de onderbouw worden vastge- spannen. De beide landpylonen, die aan weerszijden van het sluitgat op de oevers komen te staan, zijn nog niet in uitvoering. De pyloon aan de noordzijde, op het damvak Middel plaat, zal zo dicht mogelijk bij de oever worden geplaatst; de landpyloon aan de zuid zijde, aan de kant van Schouwen, komt ongeveer op 130 m afstand van de oever te staan. De grote waterdiepten aan deze zijde en het daarmee samenhangende gevaar van in stabiliteit van de oever maakten plaatsing op enige afstand van de onderzeese oever noodzakelijk. De ontworpen landpylonen zijn voor het opgaande deel van dezelfde vorm en afme tingen als de rivierpylonen. Aangezien de opgaande schacht ter plaats kan worden ver vaardigd, is uitgegaan van een normale gewapend-betonnen constructie. De fundering van een landpyloon bestaat uit een gewapend-betonnen plaat ondersteund door 24 be tonnen palen. Deze palen zijn zodanig ruimtelijk opgesteld dat de stabiliteit van de 261

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1968 | | pagina 39