De vaste verankering op de Middelplaat
worden aangelegd. Deze tunnel, welke dient voor plaatselijk verkeer, zal onder de
vaste baan doorlopen en tevens dienen als fundering voor twee jukken. Het ontwerp
bestaat uit een eenvoudige rechthoekige koker van gewapend beton en heeft een totale
lengte van ongeveer 80 m. In verband met de vrij grote lengte is speciaal aandacht be
steed aan de dagverlichting. Door de tunnel in drie afzonderlijke stukken te verdelen is
het mogelijk om op 1/3 en 2/3 van de lengte een 5 m brede lichtschacht aan te brengen,
waardoor een kostbare kunstverlichting voor overdag kan worden vermeden.
Fundering van de contragewichten
Aan de zuidzijde, op Schouwen, zullen de kabels worden bevestigd aan een tweetal
draaibare contragewichten van hetzelfde type als bij de Grevelingen. Wel zal een ver
beterde uitvoeringsvorm worden gekozen, waardoor compensatieslingers of hulpcontra
gewichten, die bij de Grevelingenbaan noodzakelijk waren, achterwege kunnen blijven.
Bovendien is de verankering bij het Brouwershavensche Gat geheel afzonderlijk aan het
einde van de baan opgesteld, zodat een eenvoudige zware betonnen bak met de
nodige verstijvingsribben als fundering voor de naast elkaar gelegen contragewichten
kon worden ontworpen.
De opstelling aan het einde van de baan heeft tevens het voordeel dat de contragewich
ten niet in de vaste railbaan behoeven te worden opgenomen en met een korter vast
railgedeelte kan worden volstaan. De contragewichten worden evenals het verankerings-
blok rechtstreeks op de ondergrond gefundeerd en de overdracht van horizontale krach
ten vindt op analoge wijze plaats. Bij de baan over het Rak van Scheelhoek is een
andere constructie toegepast, waarbij de contragewichten in schachten op en neer be
wegen (Driemaandelijks Bericht nr. 36, mei 1966). De voor de baan over het Brouwers
havensche Gat ontworpen betonnen funderingsbak is in vergelijking met de puttenfunde-
ring echter constructief eenvoudiger.
265