1 naderde werd de stroom in deze laatste geul steeds minder sterk. Door met behulp van bulldozers de voortdurende zandstroom uit de zandzuigers zoveel mogelijk bovenstrooms, dus aan de Lauwerszeezijde van de dijk tegen de geul te laten lopen, werd de geul lang zamerhand versmald en bovenstrooms opgehoogd. Hierdoor werd de toevoer van water uit het bassin op de zandplaten van de Lauwerszee steeds meer verzwakt, totdat op een gegeven ogenblik de ebstroom was geblokkeerd nog voor de vloedstroom weer kwam opzetten. In de nog resterende tijd lukte het de dijk tot N.A.P. 0,50 m te verhogen. Gedurende de vloedperiode in de nacht van 15 op 16 mei overstroomde weliswaar het pasgevormde zandlichaam, maar door onophoudelijk doorpersen gelukte het tijdens laagwater in de ochtend van 16 mei ten tweede male de dijk te sluiten, en nu definitief. De waterloopkundige toestand van de Ballastplaat veranderde volslagen toen de Zuidwal eenmaal was afgesloten. Doordat het gebied grotendeels afloopt in de richting van het Oort, bleef aanvankelijk een grote hoeveelheid water staan in het noordelijk deel tegen de bocht van het nieuwe dijkvak. Een vrij hoge zandplaat scheidt deze watervlakte" in een oostelijk en een westelijk deel. Langzamerhand begonnen uitschuringen in de rich ting van het Nieuwe Robbengat op te treden, die vooral tijdens de eb snel in afmetingen toenamen door de voortdurende toevoer van water uit de genoemde watervlakten. Met onstuimig geweld braken op een tweetal plaatsen nieuwe uitlopers van het Nieuwe Rob bengat zich door het hogere deel van de zandplaat, waarbij één de bedding volgde van een reeds bestaand geultje bezuiden de bouwput voor de caissons en het daarop aan sluitende dijkvak; het tweede geultje koos positie in het verlengde van een van de meest oostelijke uitlopers van het Nieuwe Robbengat. Dit was wel ongeveer overeenkomstig de verwachtingen. De waterleiding die sinds 1963 over het tot dusver hoogste gedeelte van de Ballastplaat van de Groninger kust naar het werkeiland liep, werd ter plaatse van de beide nieuwe geulen weer bloot gespoeld, en er ontstonden breuken in de 12| cm dikke plastic buis. Naar verwachting zal het nieuwe geulenstelsel dat door de waterleiding moet worden gekruist, in korte tijd een stabiel karakter krijgen. Het herstel van de waterleiding is in middels ter hand genomen. Noodgedwongen geschiedt de tijdelijke watervoorziening van het werkeiland, evenals in het begin van de werken, met behulp van een waterboot. In het werkplan voor de uitvoering van de Lauwerszeewerken is de aanleg van het dijk- 272

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1968 | | pagina 50