Fig. 7 Verwijdering inééns van een gepenetreerd steenbed Fig. 8 Gedeeltelijk gepene treerd steenbed Fig. 9 Steenverbrijzeling na een schuifproef op een niet gepenetreerd steenbed gemeten toen er een statische zijdelingse druk van die grootte werd uitgeoefend. 2. Een geribde plaat op een ongepenetreer 1 steenbed gedraagt zich bij belastingen die wisselen tussen f 0,25 en f 0,75, onge veer net zo; de geribde plaat komt tot stil stand bij f 0,65, en verschuift doorgaand bij f 0,95 tot f 1,5. Dit laatste resultaat wordt echter niet representatief geacht, om dat het te wijten is aan het feit dat de proef- plaat op een gegeven ogenblik ging domper 3. Nam men zinkstukken op in de drempel constructie, dan werd de zetting van de caisson in de drempel groter, omdat hij het rijshout kraakte; de wrijving werd er evenwel niet in ongunstige zin door beïnvloed. 4. De proevenserie met een vlakke plaat op een vol en zat gepenetreerd steenbed liet bij een statische zijdelingse belasting overeenk> vijzels het mogelijk maakten werd aange bracht. Bij de 75 tons vijzels duurde dat ca. 2 seconden, bij de 150 tons vijzels ging er wel 8 seconden mee heen. In de werkelijk heid voltrekt de aangroei tot maximale druk zich in 1 a 3 seconden. Conclusies 1. Een vlakke plaat op een ongepenetreerd steenbed, die een voorstelling geeft van een caisson met vlakke bodem op een drempel van niet met een alfaltpenetratie vastge legde stortsteen, verschoof ongeveer 10 cm wanneer men de belasting varieerde tussen f 0,4 en f 0,5 na een statische belasting tot f 0,4. Bij een wrijvingscoëfficiënt van f 0,5 kwam de plaat tot rust. Doorgaande verschuiving trad op bij f 0,7. Ditzelfde resultaat werd in de eerste proevenreeks MMP 154

Tijdschriftenbank Zeeland

Driemaandelijks bericht Deltawerken | 1970 | | pagina 44